woensdag 30 november 2016

Boze bewoners

Wij hebben ze ook in de buurt: boze bewoners! Gisteren hadden we een geëmotioneerde VvE vergadering. Het ging over regels, hoe het establishment weigert te luisteren, over bureaucratie en over kosten. Zijn het de boze witte mannen waar iedere journalist naar op zoek is? Dat denk ik niet, maar ik herken wel dingen. Want boze witte mannen zijn helemaal niet zo uitzonderlijk, niet altijd man en niet altijd rechts, maar ze hebben wel weinig vertrouwen in de mensen die de zaken meestal regelen.

Ik herkende wel ongenoegen dat we vaker horen. Ik zie dat er mensen boos zijn over "het bestuur", "de harde kern" en "de vereniging".  Wat zie je? (ik pak mijn blik als zijnde een van de bestuurlijken en generaliseer)
  • Er is geen verantwoordelijkheid genomen, maar achteraf wordt er geklaagd
  • Er is een eigen kijk op regels die in de weg zitten
  • De regelaars krijgen wel de kritiek als het fout gaat en nooit de complimenten waar het goed gaat
Maar ook bij (ons als) regelaars:
  • De neiging om veel dicht te regelen om te voorkomen dat er dingen fout gaan. Mensen mogen zelf kiezen, maar niet verkeerd kiezen
  • De neiging om verantwoordelijkheid te snel uit handen te nemen
  • Een gevoeld gebrek aan waardering voor de eigen acties voorkomend uit goede bedoelingen

Gebrek aan vertrouwen
Francis Fukuyama schrijft in zijn boek Trust; “Trust is the expectation that arises within a community of regular, honest and cooperative behavior, based on commonly shared norms, on the part of other members of that community”. Vertrouwen komt op in een gemeenschap met gemeenschappelijke gedeelde normen. Hij geeft aan dat wanneer mensen vrezen dat vertrouwen niet meer vanzelfsprekend is, zij zich gaan indekken, dan gaan relaties juridiseren. De verantwoordelijkheid wordt dan zoveel mogelijk bij anderen neergelegd. Als de normen niet gedeeld zijn, krijgen mensen de neiging regels uit te gaan leggen als iets waarbinnen je ruimte moet zoeken voor je eigen voordeel.

Dat is precies wat ook bij ons gebeurt. De normen en regels zijn afgesproken op vergaderingen die lang niet door iedereen bezocht worden. Niet komen op vergaderingen is helemaal niet erg. Maar het gevaar is dat men zich ook niet verantwoordelijk voelt en de Kersentuin ziet als iets van anderen, van de harde kern. De normen zijn wel afgesproken, maar zijn geen gemeenschappelijk gedeelde normen. Wie niet daadwerkelijk verantwoordelijkheid heeft genomen voor besluiten over de openbare ruimte, kan gemakkelijk praten en klagen. Dat komt omdat de normen niet gemeenschappelijk zijn. Dat levert de boze bewoners op. Die voelen zich niet gehoord en dat zijn ze ook waarschijnlijk niet.

Want ook de regelaars hebben minder vertrouwen in de ander. Iemand had voorgesteld om de grondgebonden woningen de mogelijkheid te geven om uit de VvE te gaan. We hebben namelijk een VvE met appartementen die vanzelfsprekend met elkaar een VvE moeten vormen voor het onderhoud, maar ook zelfstandige woningend die normaal niet in een VvE zouden zitten. Als je over dat idee doorpraat, merk je dat het niet alleen eng is omdat de parkeergarage dan niet meer betaald kan worden, maar ook omdat er een behoefte is om gezamenlijkheid af te dwingen. Zelfs als je alle gemeenschappelijke zaken afbetaald zou krijgen, wil men toch liever de gemeenschappelijkheid afdwingen.

Voorkomen dat het een rommeltje wordt
Ik heb ooit geprobeerd om meer ruimte te bieden aan de VvE-woningen om een eigen kleur te kiezen voor hun zonnescherm. Dat moet namelijk een Kersentuinkleur zijn. Dan stuit je op een taboe. De angst dat de hele boel in elkaar stort en iedereen zal doen wat hij maar wil, het wordt een rommeltje! Die normen zijn bij vergaderingbezoekers nog niet eens gemeengoed, laat staan bij de niet-bezoekers. Om dat te voorkomen wordt er dus veel geregeld.

De ratio achter regels verdwijnt al snel uit beeld. Zo was er een probleem met zonnepanelen die zodanig geplaatst worden dat de schilders niet meer gemakkelijk kunnen verven. Dat leidde tot een soort protocol om te voorkomen dat we later bij onderhoudsbeurten hoge kosten krijgen. Vervolgens zijn mensen boos dat ze hun panelen niet mogen leggen zoals ze willen. Waarom dat niet mag is al snel vergeten. Er is ooit een huis bijna ingestort omdat iemand bij een verbouwing niet goed rekening hield met de structuur van het huis. Het levert nog steeds klachten op dat de VvE niet zomaar alle verbouwingen goedkeurt. En naar mensen luisteren die vol woede komen klagen vind ik moeilijk.

Praten en luisteren
We kwamen er op de vergadering niet uit. Want het is niet iets dat je met een nieuwe structuur oplost of waar beleidsregels helpen. Het gaat om elkaar spreken en naar elkaar luisteren. Dat gaat heel vaak goed, maar ook wel eens fout. Verwachtingen, wensen en gewoonten lopen uiteen. Ik denk dat het erbij hoort. Net een huwelijk, waar ook ruzies op zijn tijd bij horen (schijnt het, want doordat mijn partner en ik altijd goed luisteren lijkt dat bij ons niet te gebeuren).

Het SCP onderzocht 5 gemeenten die meer ervaring hebben met burgerkracht, overigens vooral dorpse gemeenten. Hoe keken bewoners die ervaring hadden met veel eigen initiatief naar het actief blijven? Het antwoord lijkt aan te geven dat de fut er niet vanzelfsprekend in blijft. Juist daar waar veel bereikt is, zie je dat de inspanning terug loopt. Daar moeten wij in onze buurt ook rekening mee houden.  

Met elkaar samenleven is of je het nu wilt of niet een relatie met elkaar aangaan. Bij elke relatie moet je af en toe bij de les worden gehouden. Helaas gebeurt dat soms ook met ruzie. Dus conflictbemiddeling hoort er ook bij. Daar is ook op de vergadering toe besloten. We gaan werken aan insluiting, want iedereen wil graag een oplossing. In onze buurt hoort iedereen erbij!

De winst is groot
Het is de kunst om je niet te laten weerhouden toch door te gaan. Na afloop van de vergadering hoorde ik namelijk ook heel veel mooie verhalen over onze buurt. Ik schreef al eens over blijmakers. Toch goed om je bewust te zijn van de blijmakers in de buurt en daar met buurtgenoten af en toe over te spreken. Het kost even wat moeite, maar je krijgt er veel voor terug. Bewoners die rekening met elkaar houden, die elkaar groeten. Veel Openbaar groen, mensen die belangstelling tonen in elkaar Bewoners die elkaar helpen. Een ook sociale controle inclusief de kritiek op elkaar af en toe. Zolang we de blijmakers maar zien, gaat het goed.



maandag 28 november 2016

Hiërarchie maakt plaats voor insluiting en gelijkheid

“Hiërarchisch leiderschap wordt steeds minder relevant. Afhankelijk van de context (opdracht, project, omgeving) neemt steeds een andere medewerker het voortouw: contextueel leiderschap. Formele en hiërarchische communicatie- en escalatielijnen worden persoonlijker, informeler en directer....” Ik zag weer een mooie blog met enthousiasme voor nieuwe manieren van werken.

Het is voor velen herkenbaar. consultantsspeak. Een mooi aansprekend verhaal dat aanknopingspunten vindt in wat je zelf meemaakt. Met prachtige voorbeelden erbij van open netwerken die mensen voorop zetten. Is het inderdaad niet zo dat de baas niet meer alles zelf kan beslissen? Dat komt toch uit de tijd van de massa-economie en het werken met vertegenwoordigingen. Het wereldbeeld er achter is bepaald door een beeld van machines waarin we allemaal een radertje vormen. Je kunt toch nooit van bovenaf rekening houden met al die verschillen in de werkelijke situatie? Dus ja, een mooi begin en je leest graag verder. Het gaat over sociale innovatie, werken met platforms in plaats van hiërarchie. Herkenbaar? Voor mij wel.

Waarom een juichverhaal?
Het gaat maar al te vaak door als een juichverhaal. Uitsluiting en ongelijkheid (door hiërarchie, positie en status) maakt plaats voor insluiting en gelijkheid. In plaats van vaste doelstellingen, prognoses en strakke (starre) planningen werken platte organisaties met een (bewegende) stip op de horizon en passen deze al doende aan op de praktijksituatie en realtime beschikbare data. ….

Ik stop nu verder met citeren. Ik was eerst gegrepen door het stuk en kwam daarna tot bezinning. In gedachten ging ik weer terug naar de zin waar ik was blijven steken. “Uitsluiting en ongelijkheid (door hiërarchie, positie en status) maakt plaats voor insluiting en gelijkheid.” Hoezo? Was die vertegenwoordigende democratie niet ooit bedacht omdat mensen stelselmatig uitgesloten werden? Ik zoek naar de bron en merk dat de onderzoeker waar het vandaan komt helemaal niet zo'n duidelijke claim maakt. Het is eerder een waarschuwing om te vechten tegen uitsluiting. De boodschap is dat hiërarchie ons niet meer kan redden, maar dat we iets nieuws moeten uitvinden. Minder aansprekend, wel realistischer.

Bevrijding uit de hiërarchie
Ja, het gaat over bevrijding van mensen uit een door managers gestuurde omgeving. Maar nee, er zijn weinig voorbeelden van vanzelfsprekende betrokkenheid van iedereen. Ik maak het in elk geval in mijn eigen omgeving niet mee. Ik ben soms actief in mijn eigen buurt en soms niet. Ik ben lid van organisaties waar ik nooit iets inbreng en van organisaties waar ik actief ben. Kom je als buitenstaander bij een organisatie, dan merk je dat dat een flinke drempel met zich mee brengt. Uitsluiting en ongelijkheid is niet zoals het moet, maar het is wel de werkelijkheid.

De nieuwe uitdaging is bevrijding uit de hiërarchie die niet goed kan omgaan met complexiteit. De nieuwe uitdaging is co-creatie. Maar die uitdaging brengt niet vanzelfsprekend insluiting en gelijkheid, integendeel: ik ben beter gebekt dan de gemiddelde deelnemer, dus ik heb meer invloed dan de gemiddelde deelnemer. Dat betekent dat ik zal moeten opletten dat ik anderen niet uitsluit.

Dat geldt ook voor de vertegenwoordigende democratie. Die wordt vrij gemakkelijk dood verklaard, want weet niet goed om te gaan met de kracht die in de samenleving aanwezig is. Maar laten we eerlijk zijn. er is nog geen uitgewerkt alternatief. Dat moet strompelend en onderzoekend uitgedacht worden. Ik ken buurten die opbloeiden zodra de gemeente ruimte gaf. Ik ken er ook die ruimte brachten voor de buurtburgemeester, tot aan forse verdiensten toe voor aan deze buurtburgemeester gerelateerde bedrijven. En ik ken buurten waar mensen zwijgen en bij de verkiezingen wraak nemen voor de co-creatie als het resultaat een moskee is.

Veronachtzaam niet de stembus en de toeschouwende burgers
De participatie is niet te stoppen, want overheden kunnen niet meer zonder de kennis en kracht die lokaal aanwezig is. Meer participatie betekent misschien wel dat de stembus belangrijker wordt. Abraham Kuyper was de oprichter van de eerste politieke partij. Juist omdat de eenvoudige gereformeerden niet aan de bak kwamen, was er zo'n partij nodig vond hij.

Wie is nu de klokkenist der kleine luyden? De persoon die een stem geeft aan mensen die opzij geschoven worden in al die gesprekken over de verbetering van de buurt en met professionele lobbyorganisaties in co-creatie vernieuwen? Veel mensen zijn toeschouwers in al die vernieuwingen, je hoort ze niet. Zij geloven misschien wel meer dan jij in hiërarchie. Neem je hen ook mee? Bied je hen ook invloed? Sluit je iedereen in?

vrijdag 25 november 2016

Hoe win je als overheid vertrouwen

Laatst sprak ik met communicatieprofessionals over het winnen van vertrouwen bij beleid. Vertrouwen is niet meer vanzelfsprekend. We hebben vooral vertrouwen in mensen zoals wijzelf. Ja, zelfs eerder in mensen zoals wijzelf dan in goed geïnformeerde, goed opgeleide mensen die weten hoe de overheid werkt. In contacten met mensen start je al vanaf 1-0 achterstand in vertrouwen, zo gaven de professionals aan. 

Van gelijkheid van iedereen naar aandacht voor uniciteit van elke burgers
Vroeger had je nog een bovenlaag van kerkelijken, vakbondsleiders, elite, ondernemers die met elkaar beleid bespraken. Elke “Baas” van een zuil had zijn eigen achterban die vertrouwen had in hun vertegenwoordiger. En de bazen bespraken dat met het politieke bestuur. Vervolgens werd iedereen gelijk behandeld (of in elk geval dat was de gedachte). In een tekening zag het er zo uit.

Nu moeten ambtenaren maatwerk leveren en aansluiten bij de wereld van de mensen waar ze mee contact hebben. De ambtenaren zoeken wat mogelijk is vanuit de werkelijke situatie. Dat betekent dat er verschillen zijn. Verschillende situaties worden verschillend behandeld. Neem de Wmo: eerst kijkt de ambtenaar wat iemand zelf kan en wat zijn netwerk kan bijdragen. Daarna besluit de ambtenaar welke ondersteuning de gemeente biedt. Voor belastingbetalers is het niet te volgen. Handelt de overheid rechtvaardig? De belastingbetaler is niet automatisch degene die de hulp of de zorg krijgt. Hoor je dat een rijke stinkerd van alles vergoed krijgt en een arme sloeber nog niet eens een traplift, dan ken je de achtergronden niet, maar je twijfelt wel aan de overheid. Snel ontstaat er een hardnekkig idee dat anderen voorgetrokken worden.

Kijk maar eens naar het vertrouwen in officiële ambtenaren (government officals/regulator). Mensen hebben meer vertrouwen in “a person like yourself”. Waarom zou je dan de controle op de overheid niet ook meer laten doen door iemand zoals jijzelf? (Overigens is het vertrouwen in regulators wel toegenomen sinds 2015)

De anonieme overheid in de niet-anonieme wereld
Waarom is er veel participatie met burgers als het gaat over wat de overheid gaat doen en weinig controle door burgers als het gaat over wat de overheid heeft gedaan? Dat zou ik omdraaien. Waarom probeert elk zich respecterend bedrijf zo precies mogelijk te communiceren en zo goed mogelijk aan te sluiten bij de klant, terwijl de overheid de betaler zo anoniem en matig bedient? Dat zou ik minder anoniem willen zien. Waarom leert elk bedrijf dat oprechte excuses bij fouten zo belangrijk zijn en is het in de overheid nog steeds not done om fouten toe te geven en oprechte excuses te maken? Dat is het eerste dat nodig is om vertrouwen te winnen!

De politiek helpt niet. Bij participatie is "verwachtingenmanagement" heel belangrijk, zorg dat mensen geen overspannen verwachtingen hebben! Bij de politiek is het juist heel normaal om overspannen verwachtingen te koesteren! Willen jullie dat Clinton de bak ingaat? Dan ga ik dat regelen!

Ik merkte dat er geen recept is om vertrouwen te winnen. Maar iedereen zag hoe moeilijk het is als ambtenaar om fouten te erkennen en excuses aan te bieden. De politiek is er op gericht het ambtenarenapparaat geen fouten te laten maken en dus ook niet toe te geven. Pilots mislukken niet, maar worden "bijgesteld".

De overheid is vooral goed in zenden. Het kost veel werk, bij mensen op bezoek gaan en niet alleen zenden, maar ook luisteren doet veel goed voor vertrouwen. Vertrouwen bewoners die niet participeren de overheid niet? Probeer dan ook te laten controleren door mensen zoals zij. Dat werkt en ze zien soms ook nog verrassende dingen die de ambtenaren niet zagen. Geloven bewoners niet dat je luistert? Ga dan eens luisteren!

Laat in je keuken kijken
Dat vraagt niet alleen de vaardigheid in gesprek te gaan, maar ook de ruimte van de politiek om fouten te maken en niet alleen op de controle van de gemeenteraad te vertrouwen. Elk zichzelf respecterend bedrijf probeert vertrouwen te winnen door op maat te informeren, door narrowcasting. De overheid houdt het anoniem, door broadcasting. 

De overheid kan best in de keuken laten kijken. Er werken fatsoenlijke mensen die hun werk goed en rechtvaardig willen doen. Maar ja, dat zegt ik. Check het zelf!

Presentatie voor factor C



dinsdag 15 november 2016

Wijze politici met een groot hart

Vandaag stond er een leuke column in de Volkskrant van Caspar Janssen. “Hadden we toch maar naar Ria Beckers geluisterd”. Hij wilde in de politiek weer aandacht voor de menselijke maat, kleinschaligheid en het basisinkomen. Een echt dorp, een echte gemeenschap, waar mensen een echte functie hebben, zich veilig voelen en uiteindelijk zeker genoeg om ook eens over de grenzen te kijken.

Luisteren naar Ria Beckers
Dat deed ik dus vroeger. In 1977 stemde ik op Ria Beckers, prompt verloor de PPR de verkiezingen. (Dat kunstje heb ik in 2002 herhaald door op Ad Melkert te stemmen, ik vond de afstraffing zwaarder dan verdiend). Die stem van haar, die oversloeg op de verkeerde momenten, hielp niet, net zomin als het moralistische vingertje. Ik ergerde mij er verschrikkelijk aan. Ze pleitte altijd voor de menselijke maat, wat voor de PPR een maat opleverde van drie zetels. Eerder had Bas de Gaay Fortman de lijst getrokken, die was er beter in om mensen mee te krijgen. 

Begin van deze eeuw kwam ik haar tegen. Ze was al lang uit de politiek, ze was benieuwd naar mij, wat ik deed. Ze vond het vooral zo leuk dat ik bij mijn idealen was gebleven. Van haar, van Bas de Gaay Fortman en Peter Lankhorst (ik was zijn assistent in de Kamer) heb ik veel geleerd. Het waren geen linkse ideologen, maar mensen die altijd de menselijke maat wilden. Ze hadden altijd een groter hart dan ikzelf, maar waren niet naïef. Altijd kijkend wat het op langere termijn zou betekenen voor mensen, zoals het voor volksvertegenwoordigers hoort. Dus nee, ik beschouw mijn stem op haar in 1977 niet als een jeugdzonde. 

Toen ik in 1986 voor Ria Beckers een bijdrage schreef voor het debat in de Tweede Kamer over de ramp bij Tsjernobyl werd me snel duidelijk dat ze niet veel verstand had van kernenergie, zij het genoeg om er beargumenteerd tegen te zijn. Tja, ik had wis- en natuurkunde gestudeerd, zij klassieke talen. Maar wat ze in de tekst veranderde ging over wat de ramp deed met mensen. De mensen daar in Tsjernobyl en de mensen hier in Nederland, waarom het zo’n grote invloed had op de samenleving en waarom mensen zich onveilig voelden.

Maar wat is er van Ria Beckers in het geheugen blijven hangen?


Kijken we nu naar de welvarende maar verscheurde  samenleving met verbeten actievoerders voor en tegen van alles, dan wil ik weer die wijze politici met een groot hart terug. Mensen die net als ik zien dat het uiteindelijk gaat om die menselijke maat, in gesprek met elkaar gaan, echt luisteren naar elkaar en de overtuiging dat iedereen er bij hoort. Veel electoraal potentieel heeft dat niet. Ik heb nog een boekje van Bram van Ojik in mijn boekenkast. Leuke vent, wijs, echt PPR, electoraal niet wervend, maar het beste wat Groen Links na Jolande Sap kon overkomen.


Geen ideologische slerpslijpers
Ik ben al lang geen lid meer van een politieke partij, vind dat de democratie te veel een parti-cratie is geworden. Er is ook geen nieuwe partij nodig. Volgens mij zijn die wijze mensen wel nodig. Bas de Gaay Fortman preekt wel eens bij mijn moeder in de kerk als lekenprediker. Dat doet hij goed en inspirerend. Dan schuift mijn moeder zich na afloop naar voren en dan zegt hij dat ze mij de groeten moet doen. Wijze mensen zijn overal een aanwinst. Gewoon in de wijk, in het buurthuis, op de vereniging. Mensen die vragen “Wat betekent dit dan voor mensen? Voelen de mensen zich dan wel veilig?” Geen linkse of rechtse ideologische scherpslijpers, liever ook geen moraalridders . Ooit heette de PPR een mentaliteitspartij (anderen noemden dat ten onrechte getuigenispartij), mooi woord. Omdat het om mensen gaat, was een van de slogans. 

Politici met veel wijsheid en een groot hart

Politici met veel wijsheid en een groot hart. Er is inderdaad geen nieuwe partij nodig, maar een nieuwe mentaliteit zou wel wat zijn. Opdat we teruggaan naar de menselijke maat, weer een gemeenschap kunnen vormen en betrokken zijn bij elkaar.  

woensdag 9 november 2016

Twee stappen vooruit, een stap terug

Is de wereldorde veranderd met Trump als president? Zijn kiezers geloven van wel, zijn tegenstanders ook. De EU valt uit elkaar nu populisten de wind mee hebben. De erfenis van Obama wordt bij het oud vuil gezet. Ongemanierdheid tiert welig en op basis van etnische identiteit worden mensen beoordeeld. Maar een crisis is ook een kans.

Het is ook het einde van politieke correctheid die van bovenaf wordt opgelegd. Mensen kunnen niet meer genderneutrale toiletten eisen via de overheid, maar moeten elkaar overtuigen. Bankiers gaan beseffen dat ze niet wegkomen door zich te verrijken zolang het binnen de wet is. Misschien zelfs een stap terug in globalisering ten bate van de kansrijken en ongebreidelde groei van het vermogen van superrijken? Er is ook tegen de lobbycratie gestemd, de issuegroepen die de politieke agenda trachten te domineren. Clinton trachtte alle lobbygroepen tevreden te stellen, daarmee verloor ze al eerder van Obama.

Niet beter uit gaan leggen!
Moeten politici nu in gesprek met burgers? Beter uitleggen? Juncker in gesprek met de aanhangers van Wilders of zo? Ik geloof het niet. Altijd gaat de vooruitgang in schokken: twee stappen vooruit en een stap terug. Een grote stap terug, want er zijn mensen die denken dat ze nu mogen beledigen, want Trump is nu de baas. Die gaat een muur bouwen. Niemand gelooft overigens dat de Mexicanen die gaan betalen. Hij gaat ingeburgerde migranten echt niet het land uit zetten. En ja, er komt een rekening voor veel mensen. Maar Trump is gekozen omdat het establishment zijn uitspraken letterlijk nam en hem niet serieus. De aanhangers namen hem serieus, maar niet letterlijk. Het is crisis, maar ook een kans. 

Is de emancipatie van de etnische groepen in Amerika ineens ongedaan? Is het zo dat de Ku Klux Klan weer terug kan keren? Wordt de Chinese economie verpletterd en is armoede in Azië de toekomst? 

Machiavelli heeft eens gezegd dat het moeilijk is de macht over te nemen in een autoritair geregeerde stad, maar de macht is makkelijk te behouden. Wanneer gebieden die veroverd worden gewoon zijn in vrijheid en volgens eigen wetten te leven is het veel moeilijker de macht te behouden. Niets is er dat een staat zo stabiel en evenwichtig maakt als het kiezen van een structuur waarin het mogelijk is dat een omslag van de publieke opinie zich binnen een wettelijk kader kan manifesteren.

Stabiele democratie
De VS is stabieler dan iedereen denkt. Het was niet één stap vooruit met Obama en nu twee stappen terug. Het waren twee stappen vooruit en nu een stap terug. Laten we kijken naar de kansen die deze verandering brengt. Worden jongeren misschien juist actiever? Herpakt de samenleving zich? Aan de top is iets veranderd, maar aan de basis liggen nog steeds kansen. En aan de basis is men beter opgeleid dan vroeger. "Perché sempre una mutazione lascia lo addentellato per la edificazione dell’altra", zei Machiavelli ook: De ene verandering legt altijd de grondslag voor de verandering die erop volgt. Als Trump de macht wil houden moet hij iets doen voor de mensen die de rekening van de globalisering betalen. We weten nog niet wat dat wordt. Misschien is dat wel winst? Of zoekt hij het in blijvende boosheid? 


Politiek is nooit af er zijn nu eenmaal altijd felle politieke tegenstellingen. Daar moet je niet bang voor zijn, dat is het wezen van de democratie. “Politiek is de (per definitie onvolmaakte) wijze waarop in een samenleving de belangen-tegenstellingen van groepen en individuen tot hun recht komen - meestal op basis van onderhandelingen - op de verschillende bestuurlijke en maatschappelijke niveaus”. Tijd voor nieuwe politici! Tijd ook om zelf aan de slag te gaan. Nieuwe kansen. 

donderdag 3 november 2016

Democratie is meer dan beslissen of meebeslissen!

Voordat je #CodeOranje afroept over onze democratie, is het goed eens na te denken over wat onze democratie inhoudt. Veel mensen zullen zeggen dat de democratie betekent dat de wil van het volk wordt gevolgd, of dat het volk de macht heeft. Dat is een misvatting. Is er niet teveel aandacht gekomen voor het stemmen en te weinig voor de andere elementen die bij onze democratie horen? Stemmen kan in Rusland immers ook.

Ik ben verbaasd over overmatige aandacht bij de media over meebeslissen en geringe aandacht voor meervoudige democratie. Bijvoorbeeld in de NRC hier

In de westerse democratie gaat het helemaal niet alleen over stemmen. En eigenlijk weten we dat best. Kijk je naar gemankeerde democratieën zoals bijvoorbeeld momenteel Hongarije, dan weet je direct dat wij een andere democratie willen.

Vrijheid, tegenmacht en stemmen
Onze democratie houdt bijvoorbeeld bepaalde vrijheden in om tegenmacht te organiseren. Denk aan persvrijheid, denk aan de vrijheid om een vakbond op te richten en de vrijheid van meningsuiting. In onze democratie staan gemeenschappelijke waarden en beginselen centraal, zoals het organiseren van tegenmacht, Zoals transparantie, tolerantie, dialoog en inclusie: Iedereen hoort er bij! Onze democratie is ook: niet alle macht bij de politiek leggen. Onafhankelijke wetenschap hoort bij onze democratie, een eerlijk rechtsproces, het gelijkheidsbeginsel, bescherming van minderheden en respect voor andersdenkenden. Wegstemmen van politieke partijen waar je het niet mee eens bent is een belangrijk onderdeel, maar niet het enige. 

Geen machtsconcentratie
Onze democratie betekent dus ook dat je naar de rechter kunt stappen als een gemeente of een overheidsdienst zich niet aan de vastgestelde regels houdt. Dat kan zelfs als die handeling van de gemeente door de meerderheid van de gemeenteraad is goedgekeurd. We hebben een meervoudige democratie. 

Meervoudige democratie betekent ook dat de Tweede Kamer kan betreuren dat een gemeente een milieuzone hanteert om luchtvervuiling tegen te gaan, maar het zal moeten accepteren. Of dat er internationale verdragen zijn die aangeven dat de gemeentelijke overheid moet zorgen voor bed, bad en brood: de opvang van vreemdelingen die geen recht hebben op rijksopvang. Meervoudige democratie is ook zeggenschap voor mensen op school, op hun werk, in hun buurt. Gebruik maken van loting, burgerbegrotingen, burgervisitatie of burgerexperts is gewoon zorgen voor meer tegenmacht om de representatieve democratie minder centraal te stellen. Vandaar die CodeOranje.

Waarom staan politieke partijen zo centraal?
Er is reden om vraagtekens te zetten bij de vanzelfsprekende dominante rol van de representatieve democratie. Politieke partijen zijn een steunpilaar geworden van de democratie. Waarom zijn ze dat eigenlijk? In de jaren 50 was 1 op de 5 kiezers lid van een politieke partij en de bevolking richtte zich naar de vertegenwoordiger van de zuil. Er was vertrouwen in die vertegenwoordiger: als die een compromis sloot, dan had hij daar goede argumenten voor. Ik ben de laatste om te stellen dat de politieke partijen er een potje van hebben gemaakt. Nederland staat in diverse lijstjes rond geluk, welzijn, innovativiteit, deugdelijke financiën steevast in de hoogste regionen. Opgebouwd door KVP, PvdA en andere politieke partijen, zoals bijvoorbeeld de door mij nog altijd bewonderde AR. Maar wat is de PvdA of de KVP tegenwoordig nog? De KVP ging met de AR op in het CDA en het CDA heeft geen schijn van de vertegenwoordiging die de KVP, CHU of AR hadden. We (zeker ook ik) zijn liberaler geworden en passen niet meer in de ideologiën van toen.

Dat betekent dus ook dat deze partijen van binnen uit weinig tegenmacht ondervinden. In gemeenteraden is 30% van de leden niet lid van een landelijke politieke partij. Ik zou dan dus maar gaan nadenken over de centrale plaats die de representatieve particratie (democratie gebaseerd op politieke partijen) inneemt. Ik zou de samenleving maar centraal stellen. Waarom wordt bij "onafhankelijke commissies" altijd gezorgd voor een "nette" evenredige vertegenwoordiging van de diverse politieke partijen? 

En is er nog voldoende macht en tegenmacht? Is er voldoende ruimte voor onafhankelijkheid? De rechterlijke macht wordt ongestraft voortdurend een D66 bolwerk genoemd, alsof de rechterlijke macht werkt vanuit een partijpolitieke agenda. Dat zijn pogingen om rechters naar de pijpen van de Tweede Kamer te laten dansen. Want gemotiveerde en onderbouwde kritiek op de rechterlijke macht blijft uit.

Politici bedoelen het goed
Mensen zijn mondiger dan ooit. De politici bedoelen het goed, maar worden door veel mensen gezien als hoogopgeleide partijgangers die hun eigen straatje schoonvegen. Kunnen mensen dan niet meer zelf beslissen en meer meekijken bij de manieren waarop de politici besluiten nemen?

Dit alles wil niet zeggen dat in de huidige representatieve democratie niet veel wordt gedacht over en geëxperimenteerd met nieuwe vormen. Er zijn andere manieren om de begroting op te stellen door mensen van onderop te laten meedenken. Dan gebruik je de kennis die er in de samenleving is en kun je vertrouwen winnen. Maar waarom is dat in de marge en is de representatieve manier mainstrain?

De Patriciers van de representatieve democratie
De founding fathers in de VS waren niet zozeer voor meebeslissen, maar voor tegenstrevende krachten, countervailing powers. Die gedachte hadden ze mede opgedaan door denkwerk vanuit Nederland, misschien nog wel meer dan door inspiratie van de Griekse democratie. 

Baruch Spinoza (hij zou nu allochtoon genoemd worden of Portugese-Nederlander) was niet zozeer voor meebeslissen als wel voor mechanisme om machtsmisbruik tegen te gaan. Spinoza ging er van uit dat besluiten genomen moesten worden “vrij van alle hartstocht en slechts geleid door ijver voor het algemeen welzijn”. Spinoza zag dat patriciërs dat niet konden omdat ze geneigd waren om als hun tegenstanders er niet bij waren niet te kiezen voor de wet, maar voor gelijkgestemden. Daarom pleitte hij voor democratie. Dat betekende aandacht voor tegenmacht, rechten voor minderheden, vrijheid van meningsuiting.

Politieke partijen zijn de patriciërs geworden van onze democratie.


Tijd om meervoudige democratie en tegenstrevende krachten weer mainstream te maken. Ik heb daar geen blauwdruk voor. Dat is wel zo mooi, want dan kunnen we het samen invullen. Ook meedoen? Kijk bij www.civocracy.org/CodeOranje