woensdag 14 november 2018

Van controle naar rekenschap en beter werk


Op het werk bij mijn vrouw is discussie over controle op de Arbowet opgelaaid. Er zou iemand werken in een ruimte met giftige stoffen waar te weinig afgezogen wordt. Wat opviel was dat de discussie over controle en wat je met de controle bereikt. De medewerker in de vieze ruimte wist niet hoe hij de omgeving kon verbeteren en voelde zich vooral op de vingers getikt door controleurs die eigenlijk niet geïnteresseerd leken in zijn gezondheid, maar in de wet.

In Nederland zorgt de arbowetgeving ervoor dat werknemers veilig en gezond kunnen werken. De Inspectie SZW controleert of werkgevers en werknemers zich aan deze regels voor gezond, veilig en eerlijk werk houden. We mogen er blij mee zijn dat de arbeidsomstandigheden een zorg zijn. Maar in dit concrete geval was bij controle iets geconstateerd waar de medewerker op aangesproken werd, terwijl hij niet wist hoe hij het het beste kon verbeteren. Wat zou hij nou het beste kunnen doen? Daar ging de Arbo-controleur  niet over. Ik weet niet of dat altijd zo is, maar in dit geval bleef het bij een tik op de vingers.

Controle zonder verbetering
Ik begrijp de situatie goed. Toch knaagde er wat. Want die Arbo controleur zal toch op andere plekken hebben gezien hoe mensen het wel kunnen oplossen? Het was zijn taak om te controleren en niet om te adviseren. Maar na de controle valt het stil.

Het deed een beetje denken aan een controleur die een onderdaan bezoekt, zegt wat er niet deugt en de onderdaan met lege handen achter laat. Natuurlijk hebben we allemaal een eigen verantwoordelijkheid, maar de controleur lijkt de oplossing een achter te houden, want hij heeft op andere plekken vast gezien hoe het wel kan. Zo straft de controle de medewerker eerder dan dat hij hem helpt. De gecontroleerde krijgt dan de neiging om dingen te verbergen en een tik op de vingers te voorkomen.

Publieke verantwoording moet gericht zijn op beter werken
Dat zie ik vaker. Kijk naar de zorg en het onderwijs. In het algemeen is de behoefte van geldschieters aan verantwoording toegenomen. Je moet bonnetjes hebben, uren schrijven, bewijzen overleggen. Vervolgens blijf je als een soort onderdaan met lege handen achter. Je hebt zelf helemaal niets aan de verantwoording. Je hebt voldaan aan de eisen van de wet, de geldschieter of de subsidieverstrekker. De politiek kan dan niet in de gemeenteraad of in de Kamer gaan zeuren over wat er niet deugt, want de uitgaven zijn gecontroleerd. Ik ben niet tegen acties om fraude er uit te halen, maar is dit de juiste weg? (Overigens vind je de echte fraudegevallen natuurlijk op andere manieren: verhalen die rondzingen, steeds andere smoesjes, de resultaten worden vervolgens kunstmatig opgepoetst)

Rekenschap, Van Dale
Het zou mooier zijn als de verantwoording meer een gesprek zou worden over wat je doet en hoe het beter kan. Want al die mensen die publiek geld gebruiken willen natuurlijk graag horen wat ze goed doen en wat er beter kan. Als daar registraties bij helpen om te zien hoe je je werk beter kan doen is dat helder, dan weet je waarvoor je registreert en kun je kijken of je hetzelfde doel op een gemakkelijker manier kunt bereiken. Dan wordt het minder een zaak van verantwoording en meer iets wat ik rekenschap noem. Rekenschap gaat immers ook over verantwoording afleggen, maar ook over het je zelf realiseren wat je doet en hoe je het beter kunt doen.

Vernieuwing van verantwoording
Ga je eenmaal die weg in, dan zijn er ook hele andere mogelijkheden voor rekenschap. Organiseer dat mensen bij elkaar kijken. Organiseer als controleur uitjes voor scholen die slecht presteren naar scholen die goed presteren. Breng zorgverleners in kwaliteitskringen bij elkaar. Bespreek met zijn allen je blunders in een veilige omgeving en leer van elkaar.

Uiteindelijk willen vooral in de publieke sector mensen iets betekenen voor de samenleving. Vandaar dat ze niet zitten te wachten op controles. Op instrumenten om beter te werken waarschijnlijk wel.