Het COA heeft het niet gemakkelijk. Steeds als er minder asielzoekers naar Nederland komen, worden opvanglocaties gesloten. Als er vervolgens weer meer mensen komen, moet er met spoed worden opgeschaald. Die kosten van het opschalen zijn hoger dan de normale opvangkosten. Daardoor kost de asielopvang in Nederland dus meer dan nodig. Iedereen kan begrijpen dat opvang in een hotel drie keer zo duur is als opvang in een AZC. Het kabinet gaat nog verder: bewust zet het in op te lage opvangcapaciteit. Dat is in strijd met de begrotingsregels.
Dure noodopvang
Als het aantal
asielzoekers stijgt en de opvang vol raakt, moet het COA nieuwe
opvanglocaties regelen. Als het aantal asielzoekers daalt, moeten die
(vaak moeizaam) verworven locaties weer worden gesloten. Daardoor is
het COA de opvangcapaciteit voortdurend aan het op- en afschalen. In
crisistijd betekent dat zoeken naar (crisis)noodopvangplekken. Deze
plekken zijn vaak van lagere kwaliteit én duurder dan de reguliere
opvangplekken. "Naast de financiële kosten van het steeds weer op- en
afschalen, is dit ook een bron van maatschappelijke onrust, met name
in de gemeenten waar het COA nieuwe locaties zoekt" aldus de Algemene Rekenkamer..
Zou ze daar op uit zijn: maatschappelijke onrust?
Leren van het verleden
Je zou zeggen: van
het verleden kun je leren dat je je niet rijk moet rekenen. Uit
onderzoek blijkt dat er in de jaren 2027 en 2028 tot wel 166.000
bedden nodig zijn om de opvang van asielzoekers aan te kunnen. Maar
door de ingeplande verminderde aantallen van Faber is daar mogelijk maar een
vijfde van beschikbaar. Faber rekent een reductie van 80% in.
Het kabinet jaagt daarmee Nederland bewust op hoge kosten. Dat is onverantwoord.
Faber lapt begrotingsregels aan haar laars
Dit is in strijd met
het Voorzichtigheidsbeginsel: de overheid moet bij het begroten een
zekere mate van voorzichtigheid betrachten, bijvoorbeeld door uit te
gaan van conservatieve aannames over economische groei of
belastinginkomsten. Dit moet voorkomen dat optimistische aannames
leiden tot begrotingstekorten.
Het druist ook in tegen het beginsel van Realisme. Dit beginsel houdt in dat de overheid alleen uitgaven en inkomsten in de begroting opneemt die realistisch zijn en daadwerkelijk verwacht kunnen worden. Bij het opstellen van de begroting moet rekening worden gehouden met economische en financiële voorspellingen. Deze schuift Faber bewust terzijde.
In 1995 schreef de Rekenkamer “De aantallen op te vangen asielzoekers, de duur van de procedure en de bezetting van opvangplaatsen […] leidden tot een structureel tekort aan capaciteit. Het gevolg hiervan was dat er permanent gebruik gemaakt werd van een wisselend aantal noodopvanglocaties.” In 2023 schreef de Rekenkamer dat daar nog niets aan veranderd was.
Inmiddels is er iets veranderd: het kabinet gaat bewust tekort aan capaciteit inrekenen.
Daarmee bestelt ze extra maatschappelijke onrust en kost de opvang veel meer dan nodig.