vrijdag 30 december 2022

Iedereen een elektrische auto?

Iedereen een elektrische auto? Het lijkt de oplossing voor de vervuiling en het gebruik van fossiele brandstoffen. Toch heb ik er altijd een ongemakkelijk gevoel bij. Door de nadruk op elektrische voertuigen blijven we hangen in individuele automobiliteit, ook al gaan we van olie naar elektra. De transport- en mobiliteitssector is verantwoordelijk voor ongeveer 17 procent van de wereldwijde uitstoot en is de snelst groeiende bron van uitstoot. De meeste transportemissies zijn afkomstig van personenvervoer over de weg (circa 45 procent in 2018) en vrachtvervoer over de weg (circa 29 procent). Dit kan niet doorgaan.

Productie en opwekking schadelijk
De opwekking van elektriciteit is lang niet altijd schoon (Milieudefensie geeft aan dat uitgaande van de energiebronnen die nu in de EU gebruikt worden om stroom op te wekken, een elektrische auto tot 30 procent minder uitstoot dan een benzineauto). De productie van elektrische auto's is ook vervuilend: Voor het maken van elektrische auto’s zijn veel materialen nodig, ook een aantal zeldzame, zoals kobalt en lithium. En productie van auto's is sowieso al niet erg goed voor het milieu. De accu's zijn in elk geval een probleem. TNO geeft aan dat de uitstoot tijdens het produceren van een accu de milieu-impact van een nieuwe elektrische auto groter is dan die van een brandstofauto. Doordat de elektrische auto per gereden kilometer minder CO2 uitstoot, loopt hij deze achterstand gestaag in en komt er een kantelpunt (op 39.000 km). Elektrificatie is dus wel een vooruitgang, maar minder dan je zou willen.

Mobiliteit blijft groeien
Ondertussen groeit het vervoer immers. De groei van de wereldwijde vraag naar vervoer, zeker in ontwikkelingslanden en opkomende economieën, is met de elektrificatie niet op te vangen. We kunnen niet verwachten dat men in Afrika alles te voet blijft doen. Een enorme groei gaat nog komen.

Ook in Nederland zie je dat de aanleg van wegen niet alleen CO2-uitstoot geeft, maar ook ten koste gaat van natuur. Hoewel er op sommige plaatsen meer weg- en spoorinfrastructuur nodig kan zijn, moet bij de besluitvorming en het projectontwerp beter rekening worden gehouden met de impact ervan op de natuur. Denk bijvoorbeeld aan Amelisweerd. En we moeten zeker niet denken dat we files oplossen door wegen te bouwen. Dan loopt het weer snel vol of verplaatst de congestie zich.

We moeten daarom de vraag naar wegvervoer, inclusief elektrische voertuigen, radicaal terugdringen. Ontwikkelde economieën moeten het voortouw nemen bij het aanpakken van deze uitdagingen.

Wat te doen:

  • maak het makkelijker te voet of met de fiets boodschappen te doen. Dat heeft gevolgen voor het plannen van winkelvoorzieningen en de vormgeving van de straten en stoepen. Ondertussen is geeft het schonere lucht en is het beter voor je conditie

  • breid het openbaar vervoer uit. Er is nu een soort terugtrekking waardoor op het platteland de bereikbaarheid al veel minder is dan vroeger. Je moet vaak wel een auto hebben en als je hem hebt gebruik je hem ook.

  • maak autodelen en carpoolen nog makkelijker. Door de hogere beschikbaarheid van deelauto’s neemt de bekendheid van en interesse in autodelen toe. Oók ten koste van de privéauto. Bedrijven hebben ook een taak. Geen parkeerplaats bij het werk als er niet gecarpoold is bijvoorbeeld. Organiseer een wedstrijd binnen de onderneming of doe mee met bestaande mobiliteitsacties zoals een Week van de Mobiliteit of Car Free Day.

  • investeer in goede infrastructuur. Zeker de fietspaden zijn hard nodig: in grote steden is de belangrijkste groei van vervoer de fiets. Ook infrastructuur voor lightrail en meer in het algemeen stimuleren van openbaar vervoer blijft hard nodig. Ondertussen kunnen autovrije binnensteden de sfeer en de lucht enorm verbeteren

  • breng de maximumsnelheid omlaag. Bij 100 km per uur verbruik je namelijk zo’n 14% minder brandstof dan bij 130 km per uur.

Als we nu investeren in beter, gezonder en veilige vervoermogelijkheden in combinatie met betere ruimtelijke ordening wordt ons leven ook gezonder en aangenamer. Minder verkeersagressie, minder vervuilde lucht, betere conditie! 

Het is geen verdienmodel voor de Tesla's, de Volkswagens en de Toyota's, maar wel een prettiger samenleving.

woensdag 28 december 2022

Als emotie het gesprek onmogelijk maakt

Het lijkt wel alsof er steeds vaker door debatten heen emoties een grote rol spelen. Dat maakt debatteren lastig. Natuurlijk spelen emoties altijd een grote rol. Het is ook normaal dat mensen boos of verdrietig worden als ze persoonlijk betrokken zijn of als ze zich zorgen maken over de uitkomsten van een discussie. Daarom zie je ook vaker boze burgers dan boze ambtenaren: de uitkomsten hebben voor hen grote gevolgen in hun persoonlijke leven, terwijl de ambtenaren of bestuurders door kunnen naar de volgende discussie. Maar het lijkt door te slaan.

Emoties horen erbij, en de ratio ook
Emoties horen erbij en tegelijk kunnen ze het nadenken verstoren. Geld speelt plotseling geen rol meer. Voor het redden van een leven is het niet geaccepteerd om te wijzen op hoge kosten en geringe werkzaamheid van experimentele medicijnen bijvoorbeeld. Aan het leven mag geen prijskaartje hangen! Maar als je miljarden uitgeeft aan een zeldzame ziekte terwijl er ondertussen andere mensen zijn gestorven omdat we die miljarden niet aan hún ziekte hebben gespendeerd blijkt dat je de vraag toch moet stellen. 

Of kleiner: toen ik vond dat een glazen overkapping niet elk jaar met een hoogwerker professioneel gereinigd hoefde te worden, zei iemand dat er kwetsbare oude mensen woonden: die wilde ik de reiniging ontzeggen! Mensen horen dan "kwetsbare ouderen" en geld mag dan geen rol spelen. Gevolg is dat de VvE in 7 jaar voor het reinigen bijna evenveel betaalt als voor de zevenjaarlijkse verfbeurt van de woningen. Wat hadden we wel niet kunnen doen aan verduurzaming met dat geld? De vraag: "is zo vaak wel nodig?" en "kunnen we dat niet beter besteden?" was niet meer te stellen. 

En juist ik probeer in die afweging te zoeken naar ratio. Gevolg was dat ik laatst al “ambtenaar!” naar mijn hoofd geslingerd kreeg toen ik er op wees dat geld voor generatoren in Oekraïne betaald werd uit een post die daar echt niet voor bedoeld was. Het was niet als compliment bedoeld.

In de politiek is dat echter anders
Maar het lijkt erger te worden. Vaker dan vroeger gaan discussies gepaard met ophef, uitlokken van emoties en persoonlijke aanvallen. Soms worden emoties bewust opgewekt om emotionele reacties uit te lokken. Sociale media kunnen goed gebruikt daarvoor. Met als doel: boosheid, want als mensen boos zijn zijn ze niet meer gevoelig voor rationele argumenten. Filmpjes zijn daar geschikt voor, veel beter dan teksten in de krant. Denk aan een filmpje van een man die op straat in elkaar zakt, met de tekst daarbij dat hij pas gevaccineerd is. Denk aan het filmpje van Ongehoord Nederland dat ze toonden bij hun stelling dat er ook zwarte racisten zijn die witte Nederlanders aanvallen vanwege hun huidskleur. Het gebruikte filmpje toonde vechtpartijen zonder dat het ging om een racistische achtergrond. Doel is boosheid stimuleren en ratio uitschakelen.

Het is belangrijk om te onthouden dat emoties een normaal en natuurlijk onderdeel zijn van het leven en dat het oké is om emoties te voelen tijdens debatten. Maar het is wel nodig om te proberen de emoties te beheersen en op een productieve manier om te gaan met emoties tijdens debatten. Alleen helpt het niet alleen daartoe op te roepen. We moeten allemaal bestand zijn tegen ophitsers die onze ratio willen uitschakelen. 

Rutte kan redelijk goed met emoties omgaan. Daar valt veel van te leren. Hij luistert aandachtig, geeft de andere de kans om zijn of haar standpunt te verklaren en luistert aandachtig naar wat hij of zij zegt. Zo voelen mensen zich weer gehoord. Dit kan helpen om begrip te krijgen voor jouw kant en om te voorkomen dat de ander iets verkeerd interpreteert. Het moet echter geen kunstje worden (aan Rutte begint te kleven dat hij te lang zit).

De kerstrede
In zijn Kerstrede had de Koning het hier ook over. “Het kan dan even opluchten om stoom af te blazen. Maar we moeten niet blijven steken in het zoeken naar zondebokken en in cynische kritiek of onverschilligheid. Democratie betekent niet dat degenen die het hardst roepen hun zin krijgen. Democratie is met respect voor ieders grondrechten samenwerken aan oplossingen waarin de meerderheid zich kan herkennen. Daarbij gaat het om een zorgvuldige afweging van alle belangen.

We moeten met elkaar verder. Ook de Koning kwam niet verder dan die notie en dat jongeren de toekomst hebben. De emoties weet hij aan “de schaduw van zorgen” over woningnood, inflatie, klimaatverandering. 

Dat is een misvatting. De tijd van beelden en sociale media wakkert emoties aan en biedt minder ruimte voor ratio. We moeten leren omgaan met beelden, leren de balans te zoeken tussen emoties en ratio. 

Want niet iedereen wil nog met elkaar verder: we horen weer over mensen die westerse superioriteit aanhangen, we merken dat mensen vluchten naar autoritaire leiders, mensen die het gebruik van vaccins bepleiten worden met de dood bedreigd, boeken waar de evolutietheorie uitgelegd is worden verboden, voorlichting over homoseksualiteit wordt gezien als propaganda voor niet-traditionele seksuele relaties: allemaal emotionele uitingen zonder gedegen rationeel nadenken. De balans tussen emotie en ratio is daar echt verdwenen.

Tijd voor De Nieuwe Verlichting
Het is tijd om bijgeloof, obscurantisme te bestrijden, misbruik van recht in kerk en staat aan te pakken en te ijveren voor tolerantie en grondrechten. De waarde van wetenschap weer erkennen. Bijgeloof, geen waarde hechten aan wetenschap? Zucht naar autoritaire leiders? Herkenbaar? Ik haal het uit teksten over de opkomst van De Verlichting. Het laten meeslepen door emoties, vals superioriteitsgevoel, hang naar autoriteit doet namelijk denken aan tijd waar de Verlichting een reactie op was. Toen vooral een discours onder intellectuelen en de elite, nu voor iedereen.

Tijd voor een nieuwe fase van Verlichting.

dinsdag 20 december 2022

Waar is de veerkracht gebleven?

Kunnen we nog wel tegen een crisis? Er is nogal wat aan de hand. Inflatie zoals we die lang niet gezien hebben (veroorzaakt door de oorlog in Oekraïne, maar ook door de lage rente en hoge schulden van overheden), een klimaatcrisis (door mensen veroorzaakt en heeeel lang vantevoren aangekondigd) die vraagt om omschakeling, een vluchtelingencrisis (deels veroorzaakt door oorlog, deels door klimaatverandering, deels door globalisering). En dit zal niet het laatste jaar zijn met crises.

En hoe erg is het eigenlijk?
Maar hoe erg is het eigenlijk? De coronacrisis was niet te vergelijken met de Spaanse griep. We hebben vaccins, er is flink gecompenseerd, de gezondheidszorg is veel beter dan tijdens de Spaanse griep. De Inflatie? Kijk eens hoeveel steun de overheid kan geven. En natuurlijk is het hier niet te vergelijken met Turkije (80%), Zuid-Amerikaanse landen als Argentinië (100%) of Zimbabwe (280%). Het klimaat? Bij ons is het niet te vergelijken met Pakistan of Kiribati een eilandengroep die langzaam in zee verdwijnt.

Natuurlijk is het omschakelen vooral voor lage inkomens erg lastig tot onmogelijk, maar met de klachten van middeninkomens zie je dat steeds meer een beroep gedaan wordt op de overheid. Hoe kunnen we de samenleving weerbaarder maken?

Vergroot de weerbaarheid in 6 stappen
Ten eerste Bouw sterke sociale netwerken op: Sterke sociale netwerken en systemen voor gemeenschapsondersteuning kunnen individuen en gemeenschappen helpen om met crises om te gaan en sneller te herstellen. Dit kan betrekking hebben op het opbouwen van contacten met buren, vrijwilligerswerk of deelname aan maatschappelijke organisaties. We zien nu meer crises en minder sterke netwerken.

2.  Diversifiëren: Het opbouwen van een diverse en veerkrachtige economie kan helpen de impact van crises op individuen en gemeenschappen te verminderen. Het is vreemd dat Nederland zo veel kippenvlees produceert dat gevoelig is voor ziektes (en hoge energieprijzen). Omschakelen lukt als we inkomstenbronnen blijven diversifiëren. Niet alleen qua soort economie, maar ook handel met een land, meer spreiden betekent risico spreiden. Niet alleen Russisch gas kopen, dat weten we inmiddels, maar hoe zit dat met andere landen? Verder is het investeren in een reeks bedrijfstakken en het ondersteunen van kleine bedrijven beter dan bij crisis ongefilterd de portemonnee van de overheid trekken.

3. Verhoog de paraatheid bij noodsituaties: We zijn noodsituaties niet meer gewend. Overheden en gemeenschappen kunnen hun paraatheid bij noodsituaties verbeteren door plannen en protocollen te ontwikkelen voor het reageren op crises, het aanleggen van voorraden en het trainen van hulpverleners en vrijwilligers. Bij overstroming zie je dat vrijwillige hulp het allerbelangrijkste is en dat de samenleving hier veerkrachtig door is.

4. Bevorder Financiële geletterdheid: Door financiële geletterdheid te vergroten, kunnen individuen en gemeenschappen hun financiën effectiever beheren en beter geïnformeerde beslissingen nemen tijdens economische neergang. Dit kan gaan om het aanbieden van financiële educatieprogramma's op school, maar ook daarna. Ernstige schuldsituaties zijn een enorme bron van stress en zorgen voor andere problemen zoals ziekte tot aan huiselijk geweld.

5. Investeer in infrastructuur: het bouwen en onderhouden van sterke infrastructuur, zoals wegen, bruggen en openbaar vervoer, kan gemeenschappen helpen sneller te herstellen van crises en toekomstige uitdagingen beter aan te kunnen. Het openbaar vervoer moet uitbreiden in plaats van zich alleen te concentreren op de randstad.

6. Bevorder afstemming en samenwerking: Niet polariseren, maar samen de handen uit de mouwen. Samenwerken met andere organisaties, overheden en gemeenschappen kan de weerbaarheid helpen versterken door middelen en expertise te bundelen en samenwerking in tijden van crisis te bevorderen. Samenwerking heeft ook de economie uit het slop getrokken in de jaren 80. Samenwerking zal ook nodig zijn om tekort aan arbeidskrachten op te lossen en meer algemeen de weerbaarheid te vergroten.

Ja, er moet ook steun van de overheid zijn, maar dat is noodhulp, het verhogen van de weerbaarheid lijkt mij een fundamentelere kwestie om op te lossen. Misschien is de aanbeveling rond sterke sociale netwerken wel de belangrijkste. Daar kwam altijd de veerkracht vandaan. 

De crises zijn nog niet voorbij en horen bij het leven. En leven doe je samen.

zaterdag 17 december 2022

Chat GPT over houdbare gezondheidszorg


Mijn vraag: "Hoe te beslissen over zorg in de toekomst tegen betaalbare kosten"

Het antwoord: Beslissen over gezondheidsbeleid en -strategieën die zowel effectief als betaalbaar zijn, is een complexe en vaak omstreden kwestie. Er zijn een aantal factoren waarmee rekening moet worden gehouden bij het nemen van deze beslissingen, waaronder de behoeften en voorkeuren van verschillende bevolkingsgroepen, de beschikbaarheid van middelen en financiering, en de effectiviteit en efficiëntie van verschillende benaderingen.

Een manier om dit probleem aan te pakken, is door een diverse groep belanghebbenden bij het besluitvormingsproces te betrekken, waaronder zorgverleners, beleidsmakers en leden van de gemeenschap. Dit kan ervoor zorgen dat er rekening wordt gehouden met een breed scala aan perspectieven en dat bij alle genomen beslissingen rekening wordt gehouden met de behoeften en zorgen van alle betrokkenen.

Een andere belangrijke overweging is om de kosten en baten van verschillende benaderingen van gezondheidszorg zorgvuldig te beoordelen, zowel wat betreft de financiële kosten als de mogelijke gevolgen voor de patiëntresultaten en de kwaliteit van de zorg. Dit kan ertoe bijdragen dat middelen effectief en efficiënt worden gebruikt en dat alle genomen beslissingen in het belang van alle betrokkenen zijn.

Uiteindelijk zal het waarschijnlijk nodig zijn een evenwicht te vinden tussen het bieden van hoogwaardige, betaalbare gezondheidszorg en ervoor zorgen dat rekening wordt gehouden met de behoeften en voorkeuren van verschillende bevolkingsgroepen. Dit kan een combinatie van verschillende benaderingen en strategieën vereisen, en kan gepaard gaan met het maken van moeilijke compromissen. 

ChatGPT 15 december versie . 

maandag 5 december 2022

Fusie van Groen Links en PvdA?

Moet er een fusie komen tussen PvdA en GroenLinks? Ik ben van geen van de beide partijen lid, dus misschien moet ik mij er buiten houden? Of juist niet? Als de leden zich omringen met leden zien ze niet hoe er soms met afschuw gekeken wordt naar politieke partijen. Zelf heb ik het idee dat een fusie niet het juiste antwoord is van GroenLinks en Partij van de Arbeid op de armoede in de politiek. Mogelijk een armoede op links, maar ook in de hele politiek. 

Wat mij persoonlijk betreft zijn politieke partijen niet meer wat ze waren en op sterven na dood, tenzij ze zich heruitvinden.



Wat was ook al weer de functie van politieke partijen? 
Wil je een grote partij op links, dan zal je ook de politieke partij opnieuw moeten uitvinden. Nu is het het zoeken van bestuurlijk talent, organiseren dat lijsten gevuld worden, scholen van vertegenwoordigers, verkiezingscampagne opzetten: een kiesvereniging? 

Een politieke partij is wat anders dan een actiegroep, maar zou meer moeten zijn dan alleen de samensteller van een lijst.

Wat waren ook al weer die functies?

  1. Natuurlijk het maken van een lijst voor de verkiezingen, representeren.

  2. Het herkennen en vertalen van de wens van de achterban en dit agenderen bij het bestuur

  3. Het integreren van verschillende wensen tot een geheel van wensen die elkaar niet tegenspreken

  4. Het opleiden van politieke vertegenwoordigers en politieke bestuurders

  5. Het enthousiasmeren en helpen mensen om te gaan stemmen, mensen mobilieren voor het bestuur

  6. Macht opbouwen om te kunnen besturen

  7. Het tactisch en strategisch zoeken van oplossingen die de doelen van meerdere verschillende wensen combineren en overstijgen

  8. Het uitleggen van politieke keuzen aan de achterban (en je doelen bijstellen)

Dan vraag je je af of een fusie bijdraagt aan deze functies. Het zal makkelijker worden een lijst te maken. In gemeenten werken partijen als GroenLinks en PvdA goed samen. De macht bij de volgende verkiezing zal wat groter zijn.

Agenderen? Integreren? Mobiliseren?
Maar hoe gaat dat bijvoorbeeld het agenderen van nieuwe thema's en het komen tot een geïntegreerde visie? Ook mist een rol voor de stemmers, omdat vroeger veel meer stemmers ook lid waren horen ook de stemmers bij het publiek waarvan wensen gearticuleerd moeten worden. Ik heb de indruk dat politieke partijen daar veel mee kunnen winnen. Kan dat beter in een fusie? 

Het agenderen gebeurt buiten de politieke partijen. Wel is het vluchtiger, ongeorganiseerder. Wat agendeert een grotere partij beter dan twee kleine partijen? Electoraal is het verschil tussen GroenLinks en PvdA niet groot. In stemgedrag vinden de partijen elkaar meestal wel. Maar als ik de mensen binnen de partijen hoor, dan word ik niet gerustgesteld. Ik heb niets met de discussie over getuigenispartij of niet: elke partij moet proberen macht uit te oefenen en in de regering te komen. Maar is dat genoeg? Want dat is het enige wat ik hoor: macht, zetels, regeren, tot aan een fusie om het kabinet ten val te brengen (dat laatste is wel het beste voorbeeld van een korte termijn visie) versus "vasthouden aan idealen". 

Waar haal je extra stemmen vandaan?
Waar haalt een fusie partij de groei vandaan? Mobiliseer je meer mensen in een fusie? Bij de fusie van AR, CHU en KVP tot het CDA zag je dat niet. Wat je wilt is dat een politieke partij voor al die functies enthousiasme losmaakt bij de mensen, dat moet verder gaan dan het enthousiasme voor meer zetels. Bij een fusie zie je vooral dat er een electorale achtergrond is: meer zetels = meer macht om te besturen. Daar is natuurlijk niets mis mee! Alleen moet die macht niet de verdere functies in de weg zitten.

De vraag is vooral hoe je weer mensen raakt, meeneemt, actief een rol laat nemen in het bestuur, niet hoe je nu teleurgestelde PvdA en GroenLinksstemmers bij elkaar veegt. 

Want dan kan je heel veel moeite besparen door een samenwerkingsakkoord te sluiten.