donderdag 5 januari 2023

Kiesdrempel? Of toch iets heel anders


 Oud-minister Jo Ritzen is een petitie voor invoering van een kiesdrempel van 3 zetels gestart. Een op het eerste gezicht aansprekende gedachte: kijk hoe moeilijk het is om daadkrachtig te regeren! En wat moeten we met al die splinterpartijen? Toch is het invoeren van een kiesdrempel dom en geen antwoord op het probleem. Wat dan wel?

Wat is het probleem?
De Kamer telt op het moment 20 verschillende partijen. Dat leidt blijkbaar tot onbestuurbaarheid en slechte discussie in het parlement. Ritzen cs willen een einde maken aan de versplintering in de Tweede Kamer omdat die coalitievorming ernstig bemoeilijkt. 

Het is niet raar: in Duitsland is de kiesdrempel 5%, in Zweden, Italië, Oostenrijk en Finland 4% en in Nederland 0,67%. Voordeel van kleine partijen is dat ongenoegen gemakkelijk doordringt. Zoals met de eenpersoonsfracties: 50Plus (nu fractie Den Haan), de Boer Burgerbeweging en Bij1. Twee anderen twee splitsten zich af en vormen fractie Omtzigt, fractie Gündoğan. Nadeel is dus die 20 partijen. (Feitelijk haalden 18 partijen de kiesdrempel). 

De bestuurbaarheid wordt echter niet beter zonder de splinters. Geen van de kleine partijen speelde een rol bij de vorming van een kabinet. En de versnippering komt niet door een toename van het aantal splinterpartijen – die waren er altijd al – maar doordat er geen dominerende grote partijen zijn. Een grote PvdA of CDA maakte de vorming van een regering gemakkelijker. Met twee partijen een regering vormen is makkelijker dan met 4 of 5. Zouden we een kiesdrempel hebben gehad, dan waren er nog steeds meerdere middenpartijen. En we zouden BBB en BIJeen missen. Dat zou ik jammer vinden want de eenpersoonsvertegenwoordiger geeft de mogelijkheid voor kiezers zich vertegenwoordigd te zien in het parlement. 

Ophef en agressie
Wel zijn de discussies in het parlement daardoor lastiger. Veel partijen die het woord willen en om in de schijnwerpers te komen werken met ophef, agressie en chaos. Tijd voor het bestuderen van de wetten hebben ze niet. Daarom zoeken ze het in ophef en extreem taalgebruik. Dat leidt tot slechte discussie. Een oude wet van Albeda zegt: slechte discussie verdrijft goede discussie. Niet reageren op agressieve wartaal laat deze onweersproken, wel reageren geeft meer ophef. Gevolg is dat de verstoorders de discussie hoe dan ook domineren. Ondertussen valt de inhoudelijke kwaliteit helemaal weg. Let wel: niet alle kleine partijen werken zo.

Toch maar naar minder partijen?
In de VS is het uiterste te zien. Het meerderheidskiesstelsel (ook bekend als het "first past the post"-systeem) is het meest voorkomende kiesstelsel in de Verenigde Staten. In dit stelsel wordt de kandidaat met de meeste stemmen verkozen, ongeacht of deze meerderheid heeft of niet. Dit stelsel leidt tot twee dominante politieke partijen en kan ervoor zorgen dat kleinere partijen weinig invloed hebben. Helaas kan je in een aantal staten daardoor stemmen wat je wilt, maar de vertegenwoordiger is (vrijwel altijd) van dezelfde partij omdat de staat nu eenmaal conservatief of progressief is. Maakt dat de bestuurbaarheid beter? Ik dacht het niet. Op het moment heeft het Huis van Afgevaardigden niet eens een voorzitter kunnen kiezen. Maar ook zonder deze klucht zie je dat de president moeite heeft om wetten aangenomen te krijgen omdat de twee overblijvende partijen elkaar vooral dwars zitten.

Alleen de grote partijen groter maken dan?
Is het probleem de middenpartijen die elkaar gevangen houden? In Italië (kiesdrempel 4%) hebben ze een interessante optie om de bestuurbaarheid te vergroten. De grootste partijen krijgen relatief meer zetels. De "premierbonus" in het Italiaanse kiesstelsel is een mechanisme dat ervoor zorgt dat de partij die de meeste zetels behaalt in het Italiaanse parlement een extra aantal zetels krijgt om ervoor te zorgen dat ze een stabiele meerderheid heeft. Dit mechanisme is bedoeld om te helpen bij het vormen van een stabiel kabinet, omdat het makkelijker is voor een partij om een kabinet te vormen als ze een duidelijke meerderheid in het parlement heeft. De "premierbonus" wordt berekend op basis van het aantal zetels dat een partij behaalt in verhouding tot het totale aantal zetels in het parlement. Als een partij bijvoorbeeld 40% van de zetels behaalt, krijgt ze ongeveer 55% van de "premierbonus"-zetels. Een erg interessante optie zou ik zeggen.

Toch lost het het probleem niet met zekerheid op. Zo staat Italië bepaald niet bekend om de stabiele bestuurbaarheid. Wel is het een manier om proportioneel stemmen te behouden (ook de kleinere signalen dringen door tot het parlement) en de grote partijen groter te laten zijn. 

Er is meer mogelijk!
Misschien moeten we dus zoeken naar alternatieven. Simon Otjes, Universitair docent Nederlandse Politiek bij de Universiteit Leiden, gaf onlangs op stuk rood vlees  wat mogelijke alternatieven aan. 

- een groter parlement,
- meer ondersteuning,
- hogere drempels voor parlementaire debatten,
maar het meest interessante zijn wel
- de minimale fractiegrootte en
- herinvoering van de lijstverbinding. 

De minimale fractiegrootte en herinvoering van de lijstverbinding zijn vooral interessant omdat het de onderlinge afstemming en samenwerking stimuleert.  

Minimale fractiegrootte
In Nederland heb je eenpersoonsfracties. Elk lid is dus meteen een fractie. Otjes wijst er op dat je in andere parlementen aan een aantal minimumeisen moet voldoen om een fractie te zijn. Dit is het geval voor het Europees, Franse, Duitse en Zwitserse Parlement. In ieder van die parlementen moet een fractie een bepaald aantal zetels hebben. Bijvoorbeeld in Nederland minimaal 3 of 4. Bepaalde rechten, zoals spreektijd, moties en vragenrecht, commissiezetels, worden vervolgens alleen aan fracties toebedeeld. Een fractie zonder fractiediscipline zou inhoudelijk werk kunnen afstemmen, woordvoerders in commissies kunnen benoemen en één vertegenwoordiger naar Kamerdebatten kunnen sturen. Bijkomend voordeel: maak je je belachelijk in het parlement, dan kun je uit de fractie gezet worden en veel mogelijkheden verliezen.

Lijstverbinding
De mogelijkheid van de lijstverbinding is verdwenen. Die had als voordeel dat partijen die met elkaar samenwerken meer kans hebben op het binnenhalen van een restzetel. Ook hier zie je dat het de samenwerking bevordert zonder dat je de mogelijkheid beperkt om als kleine partij met een bijzondere inbreng een zetel te krijgen. BBB en BIJ1 zouden gewoon in de Kamer komen. Ik heb op geen van beide gestemd, maar beide vertegenwoordigen een uniek geluid. 

In het parlement is het goed als partijen die samenwerken extra mogelijkheden krijgen. 

We hebben in Nederland geen behoefte aan het doen verstommen van minderheidsgeluiden. Waar we wel behoefte aan hebben is het samenwerken en samen zoeken naar manieren om belangen te overstijgen en verder te komen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten