dinsdag 13 maart 2012

Herbronning geen middel tegen afkalving CDA en PvdA


Het aandeel zwevende kiezers wordt steeds groter en grote verschuivingen bij de Tweede Kamerverkiezingen worden steeds normaler. Hoe komt dat eigenlijk? En wat kan je het beste doen? Ik heb daar vaak over horen spreken en hoor commentatoren die vinden dat de PvdA de sociaal democratie te grabbel heeft gegooid, dat partijen teveel op elkaar zijn gaan lijken, dat partijen niet meer geloven in de grote verhalen en daardoor geen aansprekend en wijds perspectief bieden aan de kiezers. Ik geloof daar niets van.

Laten we enkele verschijnselen die normaal gesproken niet met elkaar verbonden worden eens naast elkaar zetten. 1. De kiezer is steeds minder grijpbaarder en weet niet wat hij wil en springt van PvdA naar PVV, naar VVD. Grote verschuivingen bij verkiezingen zijn aan de orde van de dag. 2. Vrijwilligers zijn nog goed te porren voor projecten, maar een vaste vrijwilligersfunctie is steeds moeilijker te vervullen. 3. Er zijn steeds meer ZZP-ers en een vaste baan is steeds minder gewoon, zeker een vaste baan voor 25 jaar is niet meer van deze wereld.

Pak deze drie verschijnselen en kijk wat er over geschreven wordt. Bij 1 zien we dat de commentatoren beginnen over het ontbreken van een duidelijk wenkend toekomstperspectief, de partijen lijken te veel op elkaar en moeten weer met aansprekende verhalen komen. Of het komt allemaal door het populisme waar de klassieke partijen geen antwoord op hebben. Vertel beter je verhaal, toon je rechte rug en ga terug naar je bron. Bij 2. zien we dat in commentaren gesproken wordt over mensen die het simpelweg te druk zouden hebben met de combinatie van werk en gezin, mensen of mensen worden te egoïstisch en zijn alleen maar bezig met werken en privé-besognes. Ook wordt wel gesproken over de ontkerkelijking: kerkgangers doen meer vrijwilligerswerk en doen dat meer in vast verband. Bij 3 zien we dat de werkgevers meer behoefte hebben aan flexibiliteit en werknemers geen vaste banen willen bieden, dat mensen ontslagen zijn en maar voor zichzelf beginnen.Drie terreinen en drie soorten verklaringen.

Het is de vraag of deze drie voorbeelden van meer beweeglijkheid in de samenleving afzonderlijk goed verklaard kunnen worden. 1. Journalisten hebben behoefte aan grote meeslepende verhalen, daarom verwijten ze PvdA en CDA die die verhalen altijd verzorgden dat die er niet meer zijn. "Herbronning" of "Het radikale midden" zullen niet helpen. En natuurlijk lukt het populisten altijd beter in te spelen om beweeglijke kiezers, maar ze zijn niet verantwoordelijk voor die beweeglijkheid. 2. Mensen die vinden dat we veel te hard werken spreken over de moeilijke combinatie tussen werk en gezin omdat ze graag meer vrijwilligers aan het werk krijgen. 3. En er zijn altijd mensen die met veel plezier werkgevers als brute kapitalisten afschilderen die liever mensen ontslaan dan een jaar wat minder winst maken.

Er blijkt namelijk steeds meer beweeglijkheid in de samenleving. Mogelijk komt dat door het einde van de industrialisering en de overgang naar het postindustriële tijdperk. De tijd van de industrialisatie was tevens de bloeitijd van de politieke partijen, de tijd dat het vrijwilligersleven bloeide en de tijd dat mensen een vaste baan kregen. Dat nieuwe tijdperk gaat samen met de individualisering (of de individualisering veroorzaakt het postindustriële tijdperk). We kunnen dat niet terugdraaien, dus we moeten gewoon accepteren dat die trends er zijn: steeds minder mensen binden zich vast aan een partij, vrijwilligersorganisatie of een bedrijf. De maatschappij is beweeglijker, er is minder voorspelbaarheid.

Dat is overigens helemaal niet slecht, maar vaak lastig en het is moeilijk in zo'n wereld steeds vertrouwen te hebben in die beweeglijke anderen. Internet past daar heel goed bij. Hypes krijgen daarmee een veel groter effect dan vroeger.

Later meer over die beweeglijkheid of volatiliteit.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten