dinsdag 24 september 2013

War on drugs als kostenpost

Je hebt bezuinigingen en gericht beleid om geld te besparen. Een van de mogelijkheden om gericht geld te besparen is het stoppen van de oorlog. De oorlog tegen drugs dan he? Oorlog kan een noodzakelijk kwaad zijn, maar we doen ons best om oorlog te voorkomen? Niet in het geval van de War on Drugs.

De War On Drugs lijkt een soort geloof tegen alle wetenschappelijke bewijzen in. De slachtoffers in de producerende landen en in de gebruikerslanden kunnen ons blijkbaar te weinig schelen. Ook is het vreemd dat de vermenging van de drugscriminaliteit met de gewone legale bedrijven nog steeds doorgaat. Daarom maar eens een gewoon financieel argument. 
Het meest recente onderzoek suggereert dat het Verenigd Koninkrijk kan profiteren van legalisering van cannabis. Het rapport van het Instituut voor Economisch en Sociaal Onderzoek aan de universiteit van Essex brengt de kosten en baten in beeld van de invoering van een vergunningsstelsel met gereguleerde marihuana in Engeland en Wales. In de Economist van deze week staat berekend dat de besparing oploopt tot 361m £ ($ 574m) per jaar. Hier bovenop komt de fiscale winst uit heffingen op cannabis verkoop met £ 900m. Men bootst het model van tabak na, met directe controle van het product en leveranciers, een verbod op reclame, en tal van gezondheidsvoorlichting. ” Aldus The Economist .

Interessanter zijn de andere winsten:
  1. Mensen die aan het werk zijn, in plaats van in de gevangenis.
  2. Minder criminaliteit, minder vermenging tussen winst uit onderneming en uit criminaliteit
  3. Minder slachtoffers van drugscriminaliteit in de drugs producerende landen (!!)
  4. Betere controle op de kwaliteit van de cannabis en mogelijkheden om mensen te waarschuwen voor cannabis met hoge concentratie THT
  5. Minder overlast

  6. Mensen die minder snel over zouden stappen op hard drugs (in dat laatste effect geloof ik niet helemaal, maar goed).

Maar nogmaals: als je het niet kan schelen, doe het dan voor het geld! 

Overigens merkt de Economist op dat het aantal cannabis gebruikers daalt. Dat zou mede komen doordat de concentratie THT zo hoog is geworden. Daar zien we meteen het gevaar van legalisering: de overheid krijgt er belang bij om het gebruik niet te ontmoedigen. Er zou druk komen om de concentratie THT te verlagen het het aantal tevreden rokers weer te laten stijgen. Maar Ik ben daar niet bang voor. De rokersmarkt heeft een dergelijke verandering bij de overheid ook niet laten zien. Kortom: doen!

vrijdag 20 september 2013

Verschil in burgerkracht buurten, wat te doen?



Steken de burgers de handen meer uit de mouwen zodra de overheid zich terugtrekt? Nee! In een artikel met Peter Kanne en Job van den Berg gaf ik al aan dat dat niet lukt. Wij zien het in sommige buurten gebeuren. Maar de ene buurt is de andere niet. Burgers hebben niet altijd de vaardigheden om gezamenlijk over de inrichting van de publieke ruimte te beslissen, maar ook de interesse is bij de een aanwezig en bij de ander niet. Daar kunnen gemeenten en corporaties best op inspelen.

Op burgers zit geen reset knop om weer zelf verantwoordelijkheid te nemen. Het is zeker geen one size fits all. De ene burger is bereid om zelf iets te doen, de ander vindt dat hij al genoeg betaalt aan de overheid. En als iemand niet wil, zo blijkt meer dan vroeger, zal de ingreep van de overheid niet werken. Nu al zien we dat de ene buurt meer zelf aanpakt en de publieke ruimte beter vrij houdt van zwerfafval dan de andere buurt. Terugtrekken door de overheid kan dan leiden tot buurten die floreren naast buurten die verloederen. Terwijl het niet zo vreemd is om eerst aan burgers te vragen wat zij zelf willen, gebeurt dat niet.

Hoe moeten overheden, corporaties en andere organisaties daar op ingaan? Het begint met verschillende buurten verschillend behandelen! Dat is lastig. Ambtenaren zijn juist erg gespitst op het voorkomen van precedenten. Zonder aanziens des persoons oordelen, geen willekeur etcetera. Dat is ook een groot goed, maar het probleem is dat op het oog gelijke buurten bij nadere inspectie niet gelijk blijken te zijn. Corporaties zijn er al iets beter in. Bij mijn eigen buurtje zie ik dat al: twee straten verder is minder burgerkracht dan bij ons. 

Extra inspanning alleen waar nodig
Juist waar geen vruchtbare bodem is, is extra inspanning van de gemeente nodig. Bezuinig je in zwakke buurten op buurthuizen en voorzieningen, dan is de kans groot dat de aanwezige infrastructuur verdwijnt. Juist daar zullen bezuinigingen een soort vliegwieleffect teweeg brengen. Daar valt de bezuiniging extra zwaar uit. Waar wel vruchtbare bodem is, hoeven bezuinigingen niet zwaar toe te slaan. Maar daar zullen de bewoners extra sterk zijn in het opzetten van een lobby om het geld te behouden. Want die weten zich nu eenmaal te organiseren.

Het gaat niet per se om hoger opgeleiden versus lager opgeleiden of arm of rijk. Neem Samantha (“Barbie”) en Michael (wekelijks te zien in “Samantha en  Michael willen rust in de tent”). De ouders van Samantha zorgen voor hun kinderen die vlak in de buurt wonen en andersom. De participatiesamenleving is niet nieuw, maar eeuwenoud.

Maar de stad brengt wel meer anonimiteit en de mogelijkheid om je terug te trekken en minder van anderen aan te trekken. Zorgde vroeger de kerk nog voor het bij elkaar houden van de buurt, nu is er geen vanzelfsprekend mechanisme. En in sommige buurten wonen die mensen bij elkaar, dan ontstaan problemen. Met TNS NIPO heb ik daarvoor een indeling gemaakt.

Ruimte waar kan
In buurten waar kracht aanwezig is (bewoners uit het paars en geel kwadrant overheersen), kan de overheid daar op inspelen. Met het stimuleren dat bewoners het publieke groen verzorgen, of dat bewoners die hulp nodig hebben elkaar makkelijker kunnen vinden (onze buurtwebsite is een uitkomst!).

Corporaties zouden bewoners de mogelijkheid kunnen bieden zelf kleine reparaties uit te voeren in de collectieve ruimten en de besparing die dat oplevert stoppen in een buurtpot. In VvE's met huurders kunnen de huurders zelf stemmen in plaats van dat aan de corporatie over te laten. In andere buurten moet je toch vasthouden aan huismeesters en die inzetten om de bewoners de kans te geven elkaar beter te leren kennen. Waar de kracht zwak is (waar vooral mensen uit rood wonen), moet je korte termijnacties organiseren, waar die sterk is kun je verantwoordelijkheid geven.

De participatiesamenleving vorm geven is eigenlijk een hele leuke opgave!

zaterdag 14 september 2013

Klein wordt het nieuwe groot

Hoe groter het wordt, des te groter de kans dat er zo'n geschikte peer als Jos van Rey of zo iemand uit die vastgoedfraude naar boven komt drijven. De jongen die op het schoolplein de ander op een sluwe manier de voetbalplaatjes afhandig maakte geeft misschien een goede les. Maar in de grote wereld laten ze een financiële puinhoop achter. Als je het doorhebt is het te laat.  


Wat op microniveau een goed idee is, is dat op macroniveau lang niet altijd. Neem onze gezamenlijke wasmachine die we delen met de bewoners uit de buurt. Wie heeft gewassen tekent het aan op een lijst en krijgt na een maand een rekening a 1 euro per wasbeurt. Daarvan wordt de stroom en de wasmachine van betaald. Handig voor de mensen met een kleiner huis, of mensen die een keer wat meer was hebben. We kennen iedereen die een sleutel van het washok heeft en zo komt het allemaal gemakkelijk in orde.

Iedereen begrijpt dat dit op grote schaal niet meer zou kunnen. De goeden zouden teveel moeten betalen en de kwaden gratis wassen. Het is niet te controleren. Er zullen dus muntmachines geïnstalleerd moeten worden. Die gaan natuurlijk kapot en zo lopen de kosten zelfs als het wat minder fraudegevoelig is verder op. En er komt vanzelf een slimmerik die merkt dat Egyptische of Hongaarse muntjes ook passen. En de muntmachine is natuurlijk te duur ingekocht door het jochie dat vroeger met voetbalplaatjes sjacherde.

Ik hoor niet bij de mensen die denken dat iedereen van nature goed is. Of misschien ook wel. Alleen is de een die van nature goed is, dat vooral voor zijn vrienden, denk aan die vastgoed man die die VVD wethouder Van Rey in Roermond fêteerde om verleende gunsten terug te betalen. De ander vertaalt dat goed doen meer in algemene rechtvaardigheid. Zou Van Rey bij ons kunnen wassen en was er geen goed toezicht, dan zou hij die Van der Pol vragen om de muntmachine te leveren en al zijn kiezers zouden er misschien wel terecht kunnen. Van nature goed die man, maar wel op onze kosten.

Vroeg of laat komt er altijd zo'n Van Rey bovendrijven
Wat ik bedoel is dat als de schaal groter wordt er altijd wel zo'n Van Rey de kop opsteekt, of iemand die een uitkering opstrijkt, terwijl hij ondertussen rijk wordt van zwart werk: van die types. En vaak is het veel onschuldiger.

Neem in de zorg. De pot met geld is zo groot en het systeem van declaraties zo ingewikkeld dat iemand al snel denkt, ach, ja, laat ik maar een andere code intikken voor deze behandeling, dan verdienen we als club iets meer en kunnen we die onvoorziene uitgaven dekken.

De meeste studies naar fraude in de zorg becijferen de omvang van de fraude in de zorg tussen 3 procent en 10 procent van de totale zorguitgaven. controle van 80 miljard euro aan zorguitgaven, terwijl er In 2011 werd door zorgverzekeraars voor slechts 7,7 miljoen euro aan fraude en voor 167 miljoen aan onterechte declaraties vastgesteld. (Op .zorgvisie.nl ) En dan blijkt die zorgconsultant die in een maand een ton opstreek nog niet eens fraude te hebben gepleegd. In een kleine organisatie zou je het niet in je hoofd hebben gehaald, maar de leden van de Raad van Toezicht die dit goedkeurden zijn natuurlijk teveel gewend aan de grote gebaren.( Vandaag in de Volkskrant)

Of de inrichting van het kantoor van het UWV, weten we het nog? Toiletten die reeds waren ingericht werden gesloopt om luxer uitgevoerd te worden, kantoorruimten op de elfde en twaalfde verdieping moesten plaatsmaken voor een boardroom waar vergaderd kon worden met behulp van onnodig dure audiovisuele middelen. Niets gestolen, maar wel van elk  gevoel voor soberheid gespeend. Geld speelt op hoog niveau geen rol.

Nu kunnen we het toezicht op de Raad van Toezicht uitbreiden, maar waar het om gaat is dat bij grote organisaties mensen niet meer zien hoe gek het allemaal is geworden. We moeten gewoon weer terug naar klein, herkenbaar, controleerbaar en menselijk. Niet-anonieme solidariteit, zodat we zien waar we voor betalen en geen sjacheraars inschakelen, terwijl iedereen die de zaak in proporties ziet weet dat het niet deugt. Want wat op microniveau een goed idee is, kan vaak maar het beste microniveau blijven.Dat geldt voor onze wasmachines, de zorg en diverse collectief betaalde voorzieningen.

Klein wordt het nieuwe groot!