dinsdag 31 januari 2017

Waarom een dealmaker geen redding brengt


Het lijkt wel of iedereen redder van het land mag zijn, als het maar geen politicus is. Rond 2011 was er veel aandacht voor schulden en de vraag hoe Italie en Griekenland hun zaakjes maar niet op orde kregen. Technocraten als Mario Monti en een niet-politieke regering in Griekenland kregen goede kritieken (maar kregen niets voor elkaar). Het idee is dat politici te weinig voor elkaar krijgen, maar vooral wat zwammen. Nu is er dan aandacht voor een andere redder, Donald J. Trump in de VS.

Donald Trump is geen politicus. Hij wordt populist genoemd, maar ik zou hem liever een volbloed dealmaker noemen. Hij krijgt dingen voor elkaar door het te bekijken als deals die gesloten moeten worden. Daarin is hij goed en creatief en daarvoor krijgt hij nu weinig erkenning.

Hij krijgt weinig erkenning omdat mensen een politicus verwachten. Misschien daarom even terug naar de definitie van politiek dan maar. “Politiek is de (per definitie onvolmaakte) wijze waarop in een samenleving de belangen-tegenstellingen van groepen en individuen tot hun recht komen - meestal op basis van onderhandelingen - op de verschillende bestuurlijke en maatschappelijke niveaus”. Het woord politiek is afgeleid van het Oudgriekse πολιτεια (politeia). Politeia betekende onder meer de burgerlijke samenleving; het leven als burger in de samenleving; staat; staatsvorm; en stads- of staatsbestuur.

Niet uit te sluiten valt dat Trump beter kan dealen met Rusland. Daar staat immers ook geen politicus aan het hoofd, maar een dictator die deals sluit.

Wat doet een dealmaker
Maar wat doet dan precies een dealmaker? De dealmaker is de verkoper die láát in het verkoopproces betrokken is. Hij is gericht op de koop/verkoop/overeenkomst. Daarna verdwijnt ook alle interesse voor de uitvoering. Een dealmaker heeft geen interesse in ideologie. Hij is pragmatisch en probeert tegenstanders onder druk te zetten, om er voor jezelf het beste uit te halen. Een dealmaker schudt eens aan de boom, noemt een veel te lage prijs bijvoorbeeld, om eens wat te proberen. Hoe reageert de tegenspeler daar op? Wat gebeurt er? Een dealmaker maakt zich groot om angst in de boezemen. Hij liegt en bedreigt, verrast om de beste deal te krijgen.

Daarmee doet een dealmaker dus hele andere dingen dan een politicus. Hij probeert niet belangentegenstellingen te overwinnen en groepen bij elkaar te krijgen. Hij is ook niet gericht op de samenleving, maar op een deal voor zijn kiezers. Zo moet je ook de decreten bekijken. “I’m the first to admit that I am very competitive and that I’ll do nearly anything within legal bounds to win. Sometimes, part of making a deal is denigrating your competition.” (uit The Art of the Deal)

De reacties geven aan dat de tegenstanders nog steeds reageren op de politicus Trump. Ze zouden moeten kijken welke trucs inkopers gebruiken tegenover dealmakers. Dat zijn vertragingstactieken (zodat de deal niet rond komt en de dealmaker onrustig wordt), suggereren dat je met andere aanbieders in zee kunt gaan, vragen om wijzigingen die de dealmaker nooit voor elkaar kan krijgen. En tenslotte: ja knikken en nee doen. 

Waarom een dealmaker het moeilijk krijgt in de VS
Gaat Trump veel invloed hebben? Wie weet. Het is wel goed om even te kijken naar de blog die ik in 2011 schreef over technocraten. Mijn stelling is dat technocraten, politici, de civil society en collegiaal toezicht nodig zijn om de uitvoering voor elkaar te krijgen. 

Trump kan dingen op scherp stellen, maar heeft de rest nodig om zijn plannen tot een succes te maken. Vooral rond infrastructuur zal hij veel voor elkaar kunnen krijgen. Vergelijk het met een dictator in Afrika. Die kan wel een telecommunicatiestructuur laten aanleggen, maar geen scholen organiseren, geen samenleving meekrijgen in noodzakelijke veranderingen en slechts moeizaam inflatie bedwingen (hoewel sommige onderontwikkelde landen best een goede centrale bank hebben). Voor de samenleving gaat het om heel veel interacties ver buiten het zicht van de dealmaker. Dat vraagt een ver doorgevoerde directieve overheid en dat is de VS niet. 

Lukt Trump het wel in de economie? Ik geloof het niet. We zien tot nu toe alleen dealmaking. Zeker in de VS met een sterke civil society en veel aandacht voor countervailing powers stopt het daar al snel. Het gaat heel anders dan in een eigen bedrijf waarin mensen gedwongen worden om te doen wat de baas zegt omdat de baas ze betaalt. Hij kan wel wat protectionistisch doen, maar ook de VS moet zich omscholen om mee te kunnen in de economie. Dat doen de Duitsers, de Sacndinaviers (en de Nederlanders) beter. 


Hoe dan ook: een dealmaker is geen redder van de samenleving. Mijn idee is dat hij ook geen vernietiger is.  Gaat hem gewoon niet lukken.

Pleidooi voor dialoog en het overstijgen van belangentegenstellingen
Het neerbuigend kijken naar politici die naar compromissen streven en belangen willen overstijgen is onterecht. Nederland is er groot mee geworden. Nederland heeft alleen teveel de samenleving laten lopen via neoliberale principes. Die werken wel, maar hebben gevolgen voor de samenhang, werken denivellerend en maken de samenleving kwetsbaar voor de invloed van grote bedrijven. We zijn al weer terug aan het draaien. Rutte is ook bijna niet meer te herkennen als liberaal (helaas zelfs niet als klassiek liberaal)

vrijdag 20 januari 2017

Verkiezingsthema: grenzen

Vluchtelingen en asielzoekers lijken even wat minder de campagne te gaan domineren. Dat is goed want we moeten ons op meer voorbereiden dan een druk van buiten de EU van vluchtelingen en economische vluchtelingen. De wereld is minder zeker en er zijn veel en snelle veranderingen. De betrokkenheid van mensen met andersdenkenden wordt steeds geringer. We trekken ons terug in groepjes met “ons soort mensen”. Dat heeft grote gevolgen voor de rol van de overheid in zorgen voor de mensen die hier niet in mee kunnen komen. Hoe kunnen we daar mee omgaan? Het blijkt al snel toch te gaan over grenzen.

Toekomst om je op voor te bereiden
Het SCP gaf in het Sociaal en Cultureel Rapport 2016 een beeld van de toekomst. De centrale boodschap is dat er meer dynamiek, meer maatwerk en meer eigen regie komt. Dit leidt tot meer (keuze-)vrijheid voor het individu, maar ook tot meer onzekerheid, stress, kwetsbaarheid en ongelijkheid. Het SCP verwacht dat werk vaker een hoge scholing vereist en minder plaats- en tijdgebonden is. De opkomst van de ‘op-afroepeconomie’ zet door. Steeds meer mensen doen relatief korte klussen voor wisselende opdrachtgevers. Het gevolg: weinig continuïteit in het werk; minder mogelijkheden om een loopbaan te plannen. Je scholing komt op je eigen schouders. Dat vergroot de ongelijkheid en geeft de kans dat groepen mensen zich niet goed voorbereiden op de toekomst.

Hoe ver wil je dat dat gaat? Als je alles individueel laat besluiten zijn er geen grenzen aan de flexibiliteit. Dat heeft voordelen voor hen die daar sterker uit komen, maar de nadelen voor mensen die daar last van hebben worden groter. Welke grenzen hanteren we? 

Samen leven?
Wat betreft ‘samenleven’ verwacht het SCP dat mensen steeds meer oppervlakkige contacten hebben in steeds minder tijd. Die contacten zijn met gelijkgestemden. Het is makkelijker gelijkgestemden te vinden buiten de eigen kring en niet-gelijkgestemden te ontlopen. Overbrugging tussen verschillende bevolkingsgroepen zal zeldzamer worden en spanningen tussen groepen zullen toenemen.

Ga je maatregelen nemen om elkaar wel tegen te komen? Want je hebt gezamenlijk te maken met de publieke ruimte. Als je de politici niet meer ziet als je vanzelfsprekende vertegenwoordiger moet je meer gezamenlijk gaan besluiten over wat van de gemeenschap is. Elinor Ostrom de enige vrouwelijke winnaar van de Nobelprijs van de economie gaf daar regels voor. De eerste regel: duidelijk gedefinieerde grenzen die ook erkend worden. Laat je een publieke instelling gemeenschapstaken op zich nemen, dan zijn die grenzen minder belangrijk dan als je samen beslist. Waar ga je als gemeenschap over en waarover niet? Waar liggen de grenzen? Als je dat weet kan je met alle betrokkenen besluiten. 

Gevolgen voor de sociale grondrechten en de overheid
De Nederlandse Grondwet bevat sociale grondrechten. Deze sociale grondrechten zijn ‘voorwerp van zorg voor de overheid’. De overheid is er voor verantwoordelijk dat de sociale grondrechten gewaarborgd zijn voor iedereen. De overheid moet streven naar zorg en ontwikkeling van de burgers, onder meer door het zo mogelijk verschaffen van een recht op pensioen, voldoende woongelegenheid en werkgelegenheid, medische verzorging, een behoorlijke levensstandaard, sociale zekerheid en onderwijs.

Er blijven instituties die zorgen dat individuen niet buiten de samenleving vallen en dat de sociale grondrechten gewaarborgd blijven. Rond wonen, werk, zorg is er een afgedwongen solidariteit tussen gezond en ziek, werk en werkeloos en kansrijk en kansarm. Maar er is geen verbinding tussen diverse groepen in de samenleving. Daardoor is er geen vanzelfsprekend vertrouwen dat groepen die geholpen worden ook het hunne doen om aan het werk te komen, gezond te blijven of mee te doen. Want dat gebeurt niet altijd. 

Overconsumptie van de verzorgingsstaat gebeurt meer door Nederlanders dan door asielzoekers, ook al wordt de nadruk gelegd op asielzoekers die profiteren. Langzaam is Nederland strenger geworden en duidelijker over wat van de mensen die profiteren van de verzorgingsstaat verlangd wordt. Krijg je bijstand, dan verwachten we dat je je best hebt gedaan om aan een baan en eigen inkomen te komen. Krijg je zorg, dan verwachten we dat je je best hebt gedaan om de kosten te beperken door eerst te kijken of iemand in je eigen omgeving kan helpen. En we betalen alleen voor zorg die bewezen werkt. Voor gebedsgenezing of voodoo moet je zelf betalen. En waar liggen de grenzen in de zorg? Een extra maand winnen voor iemand met een ernstige ziekte? Of gaat dat geld naar extra hulp in verzorgingshuizen? Is dat afhankelijk van de vraag wat een ziekenhuis of verzorgingshuis het meest winst oplevert? Of beantwoorden we zelf die vraag? We betalen het met z'n allen immers? 

Steeds vaker kennen we de andere groepen niet. Dat betekent dat er ook steeds minder draagvlak is om anderen (uit andere kringen) te helpen. Want op basis van één bericht over een profiterende Turk of Iraniër daalt de bereidheid om voor Turken of Iraniërs te betalen. Terwijl op basis van één bericht over een Hollandse jongen niemand zegt dat alle Hollanders profiteren. Toch moeten we het daar over hebben. Wat verwachten we van de ontvangers van onze solidariteit? Welke eigen inspanningen in welke situatie? Wat zijn de grenzen van de verzorgingsstaat?

Vangnet niet afbreken
Praten we daar niet over, dan breken we een prachtig vangnet af. In plaats van de institutionele solidariteit ontstaan nieuwe vormen van solidariteit in zelfgekozen verbanden. Prachtige vormen van niet-anonieme solidariteit. Dat klinkt heel mooi (en is het ook). Maar ook dat ondermijnt de steun voor de borging van de grondrechten van mensen die er buiten vallen. Zij worden buitengesloten. Dat kun je ongemerkt laten gebeuren, maar wat verwachten we van mensen om binnen onze solidariteit te vallen? Wanneer gaan we te ver als we alle verantwoordelijkheid voor bijscholing bij individuen leggen? Want we hebben er als samenleving baat bij als mensen zich wel bij laten scholen!

Hoe gaan we die verzorgingsstaat dan regelen? Zo komen we ook bij vluchtelingen. We kunnen klagen over afbraak, maar Nederland is nog altijd een fantastisch land. De fysieke grenzen van Nederland kun je moeilijk potdicht afsluiten. Hoe leg je wel de grenzen? Toen het asielzoekersverdrag werd afgesloten werd bepaald dat iemand die asiel heeft gekregen meteen dezelfde rechten krijgt. Toen was er alleen nog geen verzorgingsstaat. Kan dat zo blijven? Of bouw je zoals met pensioen (en AOW!) langzaam je rechten op? Dat zou als voordeel hebben dat je meer duidelijkheid krijgt.


We leven te weinig samen en willen meer insluiting. Het gaat wel goed met ons, maar niet zo goed met de samenleving. Dan moeten we duidelijker zijn over wanneer we uitsluiten. Wat insluiting gaat gepaard met uitsluiting. Grenzen dus. Lijkt me een mooi thema voor de verkiezingen. Laat het thema niet kapen door populisten! 

woensdag 18 januari 2017

Tegendenken door Trump

Niets is dodelijker voor de creativiteit dan het allemaal met elkaar eens zijn. Ik merk daardoor dat ik minder schrik dan anderen van het interview met Trump over de Brexit, de Navo en de EU. Ik las dat in Duitsland “met ingehouden verbijstering op de uitspraken van Trump wordt gereageerd”. Zo noemde Trump de Navo achterhaald en de Europese Unie „in feite een instrument van Duitsland” en "ontworpen als een economisch instrument tegen de handelsbelangen van de VS"

EU voor vrede en welvaart
Wij kennen de geschiedenis van Europa, het streven naar welvaart en vrede. Maar iedereen ziet dat de Europese Unie een verfrissing nodig heeft. Hoe kan het een wake-upcall uit de VS zijn dat vanuit de VS zo naar de EU gekeken wordt? Als Trump een deal wil met Europa schudt hij de boel op, maakt mensen boos en hoopt een betere deal te krijgen. Ik denk dat in Europa door veel mensen net zo naar de EU gekeken wordt als Trump. Zie het als een aanmoediging om te bekijken wat Europa zelf wil, wat dat betekent en wat dan nodig is.

Navo om samen sterk te staan
Trump noemde de NAVO over de jaren “overbodig” geworden, omdat veel landen hun bijdrage niet leveren en het bondgenootschap niet goed heeft opgetreden tegen “terreur”. Daar kun je ook boos over worden, maar ik mag toch aannemen dat dit niet nieuw is. Maar kiest Europa wel een eigen toekomst door te blijven rekenen op de bescherming van de VS? Ik zou niet de Navo willen afschaffen of uit de Navo willen. Maar het lijkt mij prima om opnieuw te kijken hoe gezamenlijke verdediging en bescherming tegen nieuwe vormen van oorlogsvoering er uit moet zien. Dat vraagt ook tegendenken op de voorstellen van de Europese Commissie. Laten we niet de Navo vertalen naar EU-niveau of de VS kopieren, maar kijken wat voor nieuw defensie systeem nodig is. 

Doe je voordeel met Trump
Hoe ingeslapen de boel hier is, merk je aan een impulsief dwaallicht als Trump, daar kun je je voordeel mee doen! Reageren we nog goed op de toegenomen geopolitieke opstelling van Rusland? We houden veel te lang vast aan de VS, die natuurlijk al lang naar Azie kijken.

Je kunt sidderen van Trump en huiveren over dat “Grab them ...”. Het is een goed moment om je te realiseren dat groepsdenken over Europa dodelijk is en dat het nodig is wild te denken. De wereld is grondig veranderd. De beweeglijkheid is toegenomen. Wij moeten leren omgaan met die snelle veranderingen, maar vergeten dat dat ook kan betekenen dat er een snelle verandering kan zijn in de VS, Frankrijk of Duitsland. Of in Nederland.


Probeer van het gegeven van Trump de voordelen te vinden en daarvan te profiteren. Die nadelen kennen we nu al....  

donderdag 12 januari 2017

Verantwoording Regering Rutte 2 is ver onder de maat


Als je steeds op je horloge kijkt, lijkt er niets te veranderen. Pas als je iets doet en een tijdje niet kijkt zie je dat de tijd verder is voortgeschreden. Dat geldt ook voor beleid van de overheid. Als je voortdurend wil weten of de criminaliteit is gestegen of gedaald, zie je niets. Over 5 jaar kun je verbetering of verslechtering zien (eigenlijk heb je tien jaar nodig). Voor de klimaatverandering moet je de cijfers van 100 jaar zien om de duidelijke verandering te zien. Hoe moeten mensen het overheidsbeleid dan beoordelen als elk jaar de rekening en het jaarverslag het enige is? Het hoort in elk huis aan huisblad te vinden te zijn.  

Gemeenten maken geen politiek testament
Colleges van B&W zitten vier jaar. Bij de start van het college ligt er een programma voor de komende vier jaar. Is het dan niet logisch dat aan het eind van die vier jaar een beeld wordt gegeven van wat er is bereikt? De gemeente De Ronde Venen doet dat bijvoorbeeld. Die maakte al meerdere keren aan het eind van de periode een politiek testament. Ik zag het ook in Lingewaard en Hengelo. Het zou standaard door elke gemeente gepubliceerd moeten worden! Als je aan het begin zo dapper was te vertellen wat je gaat doen (prima), waarom dan nu niet vertellen wat het resultaat was? Ik begrijp best dat niet alles lukte. Maar leg het uit en vertel wat wel lukte! Wat ging goed, wat kan beter? Nederland staat bij internationale lijstjes voortdurend in de hogere regionen: geluk, gezondheid, concurrentiekracht, deugdelijke financiën. 



Rutte 2 geeft "belangrijke gebeurtenissen"
Het kabinet Rutte zit ook vier jaar. Enthousiast lezen we in kranten over de crisis en hoe mooi het is dat het kabinet de rit heeft uitgezeten. Prima. Maar wat is er nu gerealiseerd van de plannen? Ik weet het niet. Kijk je op rijksoverheid bij regering, dan zie je dat je bij regering/inhoud kunt klikken op wat het kabinet heeft bereikt (hier). Daar vind je de regeringsverklaring en het regeerakkoord (de plannen) en een tijdlijn. “Belangrijke gebeurtenissen per jaar”. Daar staan geen resultaten!  Het is een aanfluiting! Het enige dat ik vind is dat de schuld is teruggebracht en dat het vertrouwen weer toeneemt. Prima, maar Rutte had ons toch meer beloofd? "We bestrijden de armoedeval", "Wie kan werken hoort niet van een uitkering afhankelijk te zijn".  "De innovatiekracht van Nederland zal optimaal worden gericht op de transitie naar een duurzame economie en groene groei", Of deze over de euro en landen die hun eigen financiën op orde moeten hebben "Structurele steun van landen die hun verantwoordelijkheid wel nemen richting landen die deze verantwoordelijkheid niet nemen, kan niet aan de orde zijn". Wat is ermee gebeurd? 

Gemeenten: doe dat beter!
Gemeenten hebben nu de kans dat beter te doen. Maak dit jaar een politiek testament over 4 jaar collegeprogramma in uitvoering. Vertel wat er in vier jaar gelukt is en wat niet. Wij geloven niet dat alles gelukt is, we begrijpen best dat er zaken tegenvallen. En meevallers kunnen er ook geweest zijn. 

Vinden de colleges dat anderen daarover moeten oordelen? Dat kan. Nodig dan uit en maak het mogelijk dat wij genuanceerd kunnen oordelen. Een aselecte G1000? 

Tijd om aan te geven wat je in vier jaar bereikt hebt. 

P.S. Ik ben op mijn wenken bediend. De NRC inventariseerde het wel: https://www.nrc.nl/nieuws/2017/01/13/het-regeerakkoord-wat-is-daar-van-terecht-gekomen-a1540730

dinsdag 10 januari 2017

We moeten leren luisteren

Iedereen die dat wil kan invloed uitoefenen. Dat willen mensen ook en het gebeurt ook. Via Twitter slingeren de mensen hun ergernis de lucht in en op Facebook delen mensen diverse opwekkende of juist woedend makende berichten. Daar tussenin zit weinig. Zo schijnt het bestuur in Nederland net zo slecht te zijn als in Griekenland en schijnt de rechtsspraak te lijken op die van Noord-Korea. Op het moment dat zulke opmerkingen komen haak ik af. Af en toe hoor ik de behoefte om mensen die gaan stemmen eerst een examen af te nemen. Dat is niet de juiste weg.

Zo ook bij debatteren. Debatten via Facebook zijn niet te doen en ook in de werkelijke wereld lijkt het moeilijker dan vroeger omdat er over basisfeiten al discussie is. Zo zou Trump de meeste stemmen hebben gekregen en de geldschepping in Nederland erger dan in de VS te zijn. Ook bij debatten moet je niet eerst een examen afleggen. Toch komt ook daarbij wel eens die boze gedachte in mij op.

Jij hebt ongelijk, ik wil er nu niets meer over horen
Toen ik klein was, konden mijn broers me gek maken door te roepen “Jij hebt ongelijk, ik wil er niets meer over horen!” gevolgd door een gekmakend na na na na na (dat we nog kennen van de reclame van Rolo met de olifant). Dan kon ik niets terug zeggen. Zo ongeveer wat Geenpeil probeerde in de aanloop naar het Oekraine-referendum. Dan kun je weglopen, maar ja, dan laat je de discussie over aan de roeptoeters. Bad discussion drives out good discussion. (de wet van Albeda) Of je kunt mensen als Jan Roos toegang tot de discussie weigeren, maar dan mag het toch echt geen publiek debat meer heten.

Maar ook nu is er nauwelijks publiek debat. De toon maakt dat mensen gelijk krijgen, want “Ik weet dat zo net nog niet” maakt geen indruk. Je zegt “Je liegt!”, of (afhankelijk van je inbreng) “Ga toch lekker de elite knuffelen” of “Het lijkt wel 1933 als ik je zo hoor!”. Dus praten mensen vooral met gelijkgestemden. Dan krijg je gemakkelijk gelijk en ben je het eens over de "basisfeiten" als ze niet correct zijn.

Leren debattteren
We moeten zelf leren debatteren en besluiten. We moeten wel door internet, Facebook en Twitter. We zijn er ook aan toe. Er is een grote behoefte aan nieuwe vormen van democratie, grote behoefte om gehoord te worden en wat minder behoefte om te luisteren. We zijn assertiever. 

Eigenlijk zou het programma Lagerhuis terug moeten komen. Daarin bediscussieerden mensen uit alle lagen van de bevolking bepaalde thema's. Daarin zag je hoe iedereen op zijn manier kon bijdragen. Wil je namelijk goed besluiten, dan moet je ook leren luisteren, leren te kijken of er fouten zitten in jouw redenering en of je feiten wel kloppen. In een burgerjury met verschillende mensen die met elkaar wel moeten blijkt het overigens te kunnen. Er is geen alternatief, want we willen de discussie niet overlaten aan de kerk, grote bedrijven of de politiek.

Kunnen we het?
We kunnen het, vinden velen. Maar is dat echt zo? Ik vind het zelf vrij moeilijk. Het moeilijkste vind ik weten wat waar is en weten wat we niet weten. Dat merkte ik in de Oekraïne-discussie. In kleine zaaltjes was er nog wel een beetje debat, maar gemiddeld gesproken was het een geroeptoeter van jewelste. Gevoed met nepnieuws verspreid door de Russen, direct ongefilterd overgenomen op Geen Peil.nl. . 

Bij ons werden laatst de fietsen die buiten stonden omgegooid en de fiets van mijn dochter beschadigde. Helpt het dan om te roepen dat de grenzen moeten sluiten voor asielzoekers of alle moskeeën te sluiten? Ik weet niet eens of het wel moslims waren die zo baldadig de fiets vernielden. Toch is dat wel de basis voor alle reacties, die opkomen omdat er een instinctieve gedachte is dat De Anderen niet deugen, Apen slaan apen van buiten de groep ook gewoon het territorium uit. Dus zijn we geneigd de daden van de anderen uit te vergroten. Ik ken iemand die voortdurend nieuws over stelende Marokkanen op Facebook post. Hij denkt serieus dat het een gegeven is dat de meerderheid van de Marokkaanse jongeren crimineel is. Daar valt niet tegenop te redeneren. Daar zullen Marokkanen tegenover staan die denken dat alle PVV-stemmers niet deugen en alle Marokkanen die crimineel zijn slachtoffer zijn. Bij een demonstratie voor het behoud van zwarte piet werd een donkere vrouw die mee wilde demonstreren bedreigd. We luisteren niet en nemen maar aan dat onze basisgedachten kloppen. 

Let op de bron, bedenk waarom iemand iets vertelt, controleer hoe iets is onderzocht, lees meer dan alleen de kop. (En check de foto om te kijken of het niet een oude foto is bij de suggestie van nieuws). Deze tips komen van Kidsweek nota bene, dit moet voor iedereen zijn en niet alleen voor kids.

Daarna, als je de feiten hebt komt de volgende moeilijkheid: weten wat werkt. Helpt het voorgestelde besluit om het resultaat dat je wilde dichterbij te krijgen? 


Wie kan nog tegen kritiek
Nog een moeilijkheid. Ik vind het altijd moeilijk om kritiek te krijgen. Daarin sta ik niet alleen, want de cursussen feedback ontvangen en feedback geven zitten vol. Ze worden gevolgd door de mensen die zien dat ze een probleem hebben. Je moet bereid zijn je ongelijk toe te geven of accepteren dat iets beter is dan onze oplossing. Of je moet leren dat wat je goed bedoelde helemaal verkeerd over kan komen.  De Joodse filosoof-dichter S.Ibn Gabirol stelde: “Op weg naar de wijsheid is de eerste stap stilte; de tweede luisteren; de derde onthouden; de vierde oefenen; de vijfde onderwijzen aan anderen”.


We moeten het allemaal leren: nieuws checken, debatteren, luisteren en besluiten. Dat gebeurt niet omdat het lastig is om iedereen te leren debatteren en discussiëren. De essentie daarin? Luisteren!

Maar we moeten wel. 

zondag 1 januari 2017

The wall of worries


Uit de wereld van speculanten, investeerders en beleggers komt het idee van de “Wall of worries”. Het idee is dat als de crisis voorbij is er nog steeds veel mensen rondlopen met heel veel zorgen. Het gaat beter, maar er zijn weinig mensen die het geloven. De beste beleggers voelen en zien dat het beter gaat, maar omdat de rest het niet gelooft blijven er veel mensen die geen aandelen durven te kopen. Achteraf blijkt dan dat iedereen te laat was met kopen. “Stock markets always climb a wall of worry”.

Financiële crisis
Laten we zo eens naar 2017 kijken. We hebben een ongekende financiële crisis gehad. De neergang duurde langer dan de Great depression (hoewel de negatieve invloed op het leven van de mensen niet zo groot was als toen). Om er uit te komen worden grote schulden opgebouwd.

Sociale crisis
We hebben ook een sociale crisis. Nadat politieke partijen in de hele westerse wereld zagen dat het liberaliseren van de economie zorgde veel economische groei, schoot het liberaliseren zo ver door dat alles werd opgeofferd voor het vrij algemene concept van economische groei. Dat algemene cijfer toonde niet dat heel veel van die groei terecht kwam bij de zeer rijken. Ja, ook maakte die economische groei een prachtige stap mogelijk uit armoede wereldwijd. Maar in de westerse wereld moesten juist de mensen met minder kansen inleveren. Er kwamen meer mensen uit andere culturen die zich verzamelden in de armere wijken. Daar hadden de “oorspronkelijke bewoners” te maken met een sociale samenhang die verkruimelde.

Intellectuele crisis
We hebben ook een intellectuele crisis. Het publieke debat dat we als samenleving zouden moeten voeren over onze toekomst is weg. De toon is hard, effect is alles, feiten en elkaar overtuigen doet er niet meer toe. Bad discussion drives out good discussion, is mijn stelling. Door de sociale media kan iedereen met 140 tekens het debat op scherp zetten. Terwijl bij een discussie in een zaaltje mensen elkaar zouden aankijken en de voorzitter zou ingrijpen moeten we nu wennen aan een geschreeuw zonder de mogelijkheid om te selecteren wie weet wat hij zegt, wie niet en wie manipuleert. In kleine kringetjes spreken mensen elkaar, maar die kringetjes zijn zo klein dat dat vooral in eigen kring elkaar bevestigen wordt.

Geweldscrisis
We hebben ook een geweldscrisis. De mogelijkheid om met geweld de samenleving te verstoren ligt in handen van iedereen. De vrije samenleving is kwetsbaar voor geweld van een individu. Er is geen naief geloof meer dat alle mensen die naar Nederland komen goedaardig zijn. Inlichtingendiensten zijn steeds beter in staat te kijken wat er gebeurt. Veel aanslagen zijn al voorkomen, aanslagplegers worden gepakt. Maar omdat de kwetsbaarheid voor terrorisme is toegenomen en dit samen gaat met een machtsvacuum doordat de VS niet meer de politieagent van de wereld kan zijn maakt dit angstig. 

Geopolitieke crisis
In een dergelijk machtsvacuum ontstaan wereldoorlogen. (Die wereldoorlog is er eigenlijk al in het Midden-Oosten, want daar is de VS, Rusland, Turkije, Syrië, Iran, noem maar op bij betrokken). Er is dus een geopolitieke crisis zoals we die lang niet hebben gezien.
Zo werd 2016 algemeen weggezet als klote-jaar. Met toenemende terroristische incidenten, vooral in het Midden-Oosten, noord Afrika, maar ook in de westerse wereld, in Indonesië, noem maar op.

Maar leven we niet in een moment waarop we opklimmen uit de Wall of Worries?
We zijn over de hele wereld steeds beter opgeleid. Er is veel aandacht voor nepnieuws en er komen overal factcheckers op in kranten. Facebook is bezig een algoritme te zoeken om nepnieuws te weren. De gezondheid van mensen verbetert, kindersterfte neemt af, bestrijding van malaria en aids heeft grote vooruitgang geboekt. Toch neemt de groei van de wereldbevolking af. In de hele wereld is armoede, vaak een drijver voor oorlog, afgenomen. De economie in de VS en Europa komt weer op gang. We leren leven met meerdere culturen, we hebben weer oog voor de mensen die zich aan de kant gezet voelden. De arbeidsmarkt in Nederland herstelt. Her en der floreren coöperaties van mensen die zelf hun energie produceren of hun zorg organiseren. De misdaad in Nederland is al jaren achter elkaar aan het dalen. Duurzame landbouw rukt op. We raken minder verslaafd aan aardolie en aardgas.

Als ik aandelen zou kunnen kopen van de wereld, zou ik dat nu doen!