Er wordt in Nederland ontzettend
veel vergaderd en overlegd. Nederland staat er om bekend en de
oorsprong voor de overlegcultuur wordt gelegd bij de polders. Het was
noodzakelijk om het eens te worden over beleid in de polder omdat je
met zijn allen verantwoordelijk was. Als je het niet samen eens kon
worden, kon je samen verzuipen. Polderen heeft een negatieve
klank gekregen. Het zou dodelijk zijn voor de creativiteit, leiden
tot smakeloze compromissen. De combinatie van minder polderen en meer polarisatie en vertrouwen op burgerparticipatie vraagt meer aandacht voor de stembus en representativiteit!
En het rare is: er wordt nog steeds
veel vergaderd, maar er wordt steeds minder gepolderd. Het echte
gemeenschappelijke overleg is zeldzaam aan het worden. Internet maakt
het gemakkelijk om mensen te vinden die er precies zo over denken als
jij. Je kunt er zelfs je eigen nieuwsvoorziening bij zoeken. Het is
wel vergaderen, maar geen echt delibereren waarbij diverse argumenten
en belangen gewogen worden. (zie ook de i-samenleving)
Aantrekkingskracht van polarisatie
Je ziet ook wel dat de botsing tussen
bepaalde groepen aantrekkelijk is: Wilders en Pechtold samen in
debat: dat geeft vuurwerk. De groep Pechtold-aanhangers zal het eens
zijn met Pechtold, de groep Wilders-aanhangers met Wilders.
Polarisatie geeft energie en een interessant debat. Er zijn ook
enthousiaste journalisten die aangeven “dat het weer ergens over
gaat” en “dat er echt wat te kiezen valt”.
Polarisatie leidt echter tot hogere
kosten en lagere opbrengsten. Meer dan vroeger is het bij uitvoering
van besluiten nodig dat mensen er het nut van inzien om zich voor de
oplossing in te zetten of deze op zijn minst te accepteren. Enig idee
welk instrument van burgerprotest het meest is toegenomen de laatste
decennia? De gang naar de rechter! Natuurlijk mag van mij alles
gezegd worden, graag in debatten duidelijk aangeven waar je bezwaren
liggen. Maar het is wel nodig om vervolgens een oplossing te zoeken.
Spannende debatten voor de Tweede Kamerverkiezingen in 2012 moesten
gevolgd worden door het zoeken naar compromissen tussen PvdA en VVD. Dat wisten we natuurlijk best. Het zou mij niet verbazen als de meeste kiezers dat ook snappen, ondanks de boze reacties. De meeste kiezers willen eigenlijk dat het kabinet blijft zitten.
Oplossingen afdwingen?
Je kunt ook proberen
oplossingen af te dwingen. Een rechts blok dat regeert en bezig is
met zaken waar rechts Nederland de vingers bij aflikt. Dan zal je
merken dat er veel tegendruk ontstaat. Er ontstaan spannende
arbeidsconflicten, interessante stakingen, rechtszaken en mooie
protestmarsen. Of een links blok dat ondernemers wegjaagt. Bovendien zal de groep die het meeste macht heeft ook
het meest voor zichzelf weten te zorgen. Met als gevolg meer
ongelijkheid in de samenleving, minder onderling vertrouwen en
daardoor meer ontevredenheid. Of voor de meer economisch ingestelde
mensen: hogere transactiekosten door gebrekkig vertrouwen, hogere
arbeidslasten door meer arbeidsconflicten en torenhoge juridische kosten..
Op het moment is er weinig aandacht
voor gemeenschappelijk overleg. De trend is om burgers initiatieven
te laten nemen en die initiatieven te faciliteren. Internet ondersteunt die individualisering en groepsvorming tussen gelijkgestemden. Maar die
initiatiefnemers zijn opnieuw succesvoller naarmate ze een beter
netwerk hebben en meer kansen. Management by excluding others.
Meer burgerkracht vraagt meer
aandacht voor representatie ...
Eigenlijk is stemmen de minst ongelijke
manier om beleid te maken. En het rare is: met meer aandacht en
ruimte voor burgerinitiatieven (doe-democratie) is het noodzakelijker om meer te
rekenen op die stembus om de macht weer gelijk te trekken tussen de mensen met invloed en een succesvol netwerk en de mensen die dat niet hebben. De
spanning neemt anders juist toe. De crisis in de samenleving is
niet gekenmerkt door gebrek aan beleid, maar door een gebrek aan
vertrouwen. Vertrouwen in leiders, bankiers, de EU, Islamieten,
wetenschappers, noem maar op. En een samenleving zonder vertrouwen is
er zeer slecht aan toe. Dan is het minste dat mensen zich herkennen in de vertegenwoordigers die ervoor waken dat hun belangen niet ondersneeuwen.
… Of echte buurtdemocratie
Tenzij we weer kunnen gaan polderen.
Bijvoorbeeld door te werken met echte buurtbudgetten en daar
gezamenlijk sociocratisch over te beslissen, waardoor mensen die
tegen zijn hun bezwaren toe kunnen lichten. Bijvoorbeeld door als gemeenteraad bij
burgerparticipatie ruime kaders te stellen en te toetsen of alle
belangen in beeld zijn geweest. En natuurlijk gewoon bij elkaar op de thee, hoe soft dat ook mag klinken, het geeft betere resultaten. Minder doe-democratie, meer alledaagse democratie, waarbij mensen niet de overheid beïnvloeden maar gezamenlijk de samenleving vormgeven. Dat werkt vanuit de basis en begint klein, zoals het vroeger ook klein is begonnen. En het mooie is: we leren weer onze
buren kennen, begrijpen waar zij zich druk over maken en verdraaid:
ze hebben vaak nog een goed punt ook. Misschien kunnen leiders dan
ook weer ons vertrouwen terugwinnen.
In mijn nieuwe boek: 'Niet bang voor water? Wat de waterschappen voor je doen' ga ik uitgebreid in op het ontstaan van de eerste polders in Nederland, en de noodzaak om samen te werken. De waterschappen waren niet de eerste bestuursvorm, maar wel de eerste min-of-meer democratische bestuursvorm in de late Middeleeuwen. Meer info: www.hansmiddendorp.nl
BeantwoordenVerwijderen