Net lees ik een pagina vol over Rutte
die in het defensief zit, Roemer die het weer heeft en Samsom die
scoort. (Vk 31/8/2012) Wanneer hebben de voetbalverslaggevers de berichtgeving over
de politiek overgenomen? Geen wonder dat mensen op zoek gaan naar
extreme ideeën: de gewone ideeën vallen weg. De politici komen niet meer toe aan politiek.
Sport als voorbeeld voor de politici. Ik kijk naar de sportpagina en verdomd: daar staat: “Van Basten haalt uit naar directie”,
“Fer brengt verlossing” en “Anzji geeft potje voetballes”. De
politieke verslaggevers zijn verbannen naar de sportpagina. Waar komt
dat vandaan?
Bij het voetbal is het duidelijk. Je
moet scoren. Dus zoekt de verslaggever naar iets extra's. Het woord
voetballen zelf, heeft een bijbetekenis heeft gekregen, namelijk echt
iets technisch, iets moois met de bal doen, niet zomaar de bal
wegschoppen met de voet, maar subtiel spelen, ja toveren. “We
kwamen niet aan voetballen toe” is dan een normaal commentaar tot
zelfs: “We zoeken een voetballende spits” waarmee niet bedoeld is
dat ze eerst een honkballer hadden.
Kom daar maar eens om bij de politiek.
“Ik heb geen tijd voor politiek” is een positief verhaal: ik wil
het land besturen!
Waarom wil de politicus een idioot zijn?
Terug naar de definitie dan maar.
“Politiek is de (per definitie onvolmaakte) wijze waarop in een
samenleving de belangen-tegenstellingen van groepen en individuen tot
hun recht komen - meestal op basis van onderhandelingen - op de
verschillende bestuurlijke en maatschappelijke niveaus”. Het woord
politiek is afgeleid van het Oudgriekse πολιτεια (politeia).
Politeia betekende onder meer de burgerlijke samenleving; het leven
als burger in de samenleving; staat; staatsvorm; en stads- of
staatsbestuur. De term politiek doet zijn intrede in de Griekse
oudheid met de opkomst van de polis of stadstaat: politikos verwees
naar alles wat de burgermaatschappij in de stadstaat betrof. Daarmee
was het tegengesteld aan het begrip idiotès, dat "privaat",
"gewone man" of "individueel" betekende. Tegenwoordig wil de politicus niets liever dan zich profileren als een idioot, een gewone man dus.
Pleidooi voor politiek
Het is een kunst om op een verstandige
manier om te gaan met belangentegenstellingen. Daar werd vroeger
serieus over gediscussieerd. De eerste politieke partij was de ARP in 1879.
De gereformeerde kleine “luyden” moesten vertegenwoordigd worden.
Arbraham Kuyper vond dat de liberalen zich teveel richtten op de
individuele vrijheid en de gemeenschap kapot maakten. Daar had hij
een punt. Het was de start van de opkomst van politieke partijen. De
liberalen sloegen sterk terug met het Oxford manifest (pas in 1947).
De individuele verantwoordelijkheid was teveel genegeerd. Het
individu moet zich niet voegen naar de gemeenschap. Maar de
individuele verantwoordelijkheid kwam daar wel bij.
“Verantwoordelijkheid is het noodzakelijk complement van vrijheid
en elk recht heeft een corresponderende plicht. Als vrije
instellingen effectief moeten functioneren, dient iedere burger een
gevoel van morele verantwoordelijkheid tegenover de medeburger te
hebben en een actieve rol te spelen in zaken van de gemeenschap”.
(Uit het liberale Oxford manifest).
Het was de start van een bijna
onophoudelijke groei van het liberale gedachtegoed, die economische
voorspoed bracht. De kracht van de christendemocraten en de
sociaaldemocraten zorgde ervoor dat tegelijk een prachtige
verzorgingsstaat werd opgericht. Dat was politiek: het combineren van die tegenstellingen tot iets beters!
Politici: bedrijf weer politiek!
Misschien dat daarna ook het woord
politiek besmet werd omdat de verschillen verdwenen. Uit beeld raakte dat de politici zochten naar
de (per definitie onvolmaakte) wijze waarop in een samenleving de
belangentegenstellingen van groepen en individuen tot hun recht
komen. Zoals de voetballers niet aan voetballen zijn toegekomen, zo
komen de politici niet meer aan politiek toe!
Politici, bedrijf weer politiek en wij gaan stemmen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten