We hebben in Nederland niet zomaar een
democratie, we hebben een meervoudige democratie. Dat vraagt een
aparte aanpak en vooral: nieuwe bestuurders.
Op internet vind je veel uitspraken
over moderne politieke bestuurders. Er zijn ook trainingen voor. De
moderne bestuurder heeft te maken met mondigere en beter opgeleide
mensen. Gezag moet je verdienen, Je
moet zorgen voor binding, moet kunnen loslaten en accepteren dat je
niet de eerste bent die iets weet omdat de sociale media ervoor
zorgen dat er altijd iemand is die dingen eerder weet dan jij. Je
moet tegenspraak organiseren. De vraag is of dat nieuw is,
Gezag heb je altijd al moeten verdienen, alleen is het tegenwoordig
wat moeilijker.
Als politiek bestuurder heb je te maken
met de gemeenteraad: vertegenwoordigers van burgers, met
vertegenwoordigers van organisaties, maar ook met individuen. Niet
alles wordt in de gemeenteraad besloten, dat kan ook helemaal niet,
want organisaties hebben eigen beslisruimte. Wil je dat je door
samenwerking verder komt, dan moet je kunnen verbinden. Daarnaast
vraagt de politiek meer van bewoners en willen bewoners meer zelf
beslissen. Je ziet het terugkomen in collegeakkoorden, waar ruimte
voor initiatieven vrijwel altijd genoemd wordt.Spreken met de bestuurder is normaal geworden: het hoort er bij.
Respect en erkenning geven
Een
burgerinitiatief is met de huidige sociale media snel opgestart, maar
het is moeilijker om de doorzettingskracht te ontwikkelen en de
uitvoering langere tijd zelf te doen. In onze eigen buurt lukt dat,
waarbij het belangrijk is om steeds terug te gaan naar wat je zelf
wilt, wat past bij de waarden van jou en je partners, maar vooral:
mensen moeten er zelf voldoening uit halen. Affectie speelt een
grotere rol. Als erkenning voor jouw werk uitblijft en je hebt er
zelf geen plezier in, dan stopt het.
Een mooi voorbeeld
van doorzetten (12 jaar lang), maar ook kwetsbaarheid als de overheid
en professionals geen respect tonen kwam ik tegen in de publicatie
“Burgermacht op eigen kracht?” van het Sociaal en Cultureel
Planbureau. “Een inwoner van de gemeente Berkelland die twaalf
jaar lang vrijwilliger voor Tafeltje Dekje was kreeg, toen hij vijf
minuten te vroeg de maaltijden voor zijn groep kwam ophalen, te horen
’12 uur is 12 uur’. Diezelfde dag stopte hij met dit
vrijwilligerswerk.”1
Verschillende rollen, vrijwillig en professioneel
De samenleving
heeft bestuurders nodig die kunnen samenwerken met groepen in
verschillende rollen. Samenwerking met iemand die voor zijn werk móet
samenwerken gaat anders dan met iemand die dat doet op vrijwillige
basis. Die samenwerking kan mislukken als mensen geen respect krijgen
of niet serieus genomen worden, maar ook als de zeggenschap als het
er op aan komt bij de overheid blijft. Vroeger kwamen bestuurders uit
maatschappelijke organisaties waar ze dit kenden. Nu zijn veel
bestuurders onbekend met deze samenwerking.
Zo wordt duidelijk
dat we meerdere vormen van democratie naast elkaar hebben.
Representatieve democratie naast participatieve democratie en
democratie in bedrijven en instellingen. De wrijving die dan kan
ontstaan tussen representatieve democratie en participatieve
democratie zal de politiek veranderen. Dat is ook goed.
Technologische vernieuwingen die mensen sterker maken zullen
afdwingen dat de representatieve democratie zichzelf opnieuw gaat
uitvinden en daarbij aandacht gaat geven aan verschillen en rechten
van minderheden in de participatieve democratie.
Politiek
bestuurders moeten met die verandering en meervoudige democratie
kunnen omgaan. Dat vraagt pas echt moderne bestuurders!
1SCPO
“Burgermacht op eigen kracht?” 2014 p 138
Geen opmerkingen:
Een reactie posten